Fig. 6.5
6.
Verwijder nu het deksel van de onderste klep met een 19 mm steeksleutel. Open de klep door ze
zo ver mogelijk in tegenwijzerzin te draaien met een 5 mm inbussleutel. De klep staat nu open.
Als de klep niet volledig wordt geopend, kan het systeem slecht werken en worden beschadigd.
Schroef het deksel terug op de onderste klep en zet het goed vast om ervoor te zorgen dat het
goed afdicht. Zie Afb. 6.6.
Fig. 6.6
Belangrijk! De conische ring op de klep heeft een belangrijke afdichtingsfunctie, samen met de zitting in
de doppen. Zorg ervoor dat u de cone niet beschadigd en vrij houdt van vuil en stof.
7.
Controleer na het voltooien van stappen 1-6 dat alle aansluitingen goed afdichten met een lekde-
tectiemiddel of zeepsop. Als er luchtbellen worden gevormd, is er een lek in het systeem en moet-
en de schroefkoppelingen opnieuw worden vastgezet met een steeksleutel.
8.
Start de apparatuur zodat de werkingsdrukken binnenin worden opgebouwd. Controleer alle
aansluitingen nogmaals op lekken
1
184
man_SC54-SC60-SC61 ('21) V3.indd 184
man_SC54-SC60-SC61 ('21) V3.indd 184
22-11-2021 08:34
22-11-2021 08:34