Voorbereiding
4.7 Wasmiddel en wasverzachter gebruiken
INFORMATIE
• Indien u wasmiddel, wasverzachter, stijfsel, kleurstof,
C
bleekmiddel of ontkalkingsmiddelen gebruikt, lees dan
de instructies van de fabrikant op de verpakking en volg
de doseringswaarden op. Gebruik indien mogelijk een
maatbeker.
4.7.1 Wasmiddellade
De wasmiddellade bestaat uit drie vakken.
3
1
2
– (1) voor voorwas
– (2) voor hoofdwas
– (3) voor wasverzachter
– ( ) bovendien heeft het wasverzachtervak een sifon.
4.7.2 Wasmiddel, wasverzachter en andere reinigingsmiddelen
• Voeg wasmiddel en wasverzachter toe voor het starten van het wasprogramma.
• Open de wasmiddellade nooit terwijl het wasprogramma bezig is!
• Indien u een programma draait zonder voorwas, doe dan geen wasmiddel in het
voorwasvak (vaknr. "1").
• Indien u een programma draait met voorwas, doe dan geen vloeibaar wasmiddel in het
voorwasvak (vaknr. "1").
• Selecteer geen programma met voorwas als u een wasmiddelzak of wasmiddelbol
gebruikt. Plaats de zak of de bol direct tussen de was in de machine. Verwijder deze bij
het drogen
• Indien u vloeibaar wasmiddel gebruikt, vergeet dan niet de container voor vloeibaar
wasmiddel in het hoofdwasvak te plaatsen (vak nr. "2").
• Voeg geen enkel chemisch wasmiddel (vloeibaar wasmiddel, wasverzachter, enz.) toe
als de machine in de droogfase draait.
30 / FL
Wasdroogcombinatie