6 Beschrijving van de
bedieningsprocedure
Alvorens de machine te bedienen,
moeten alle vitale onderdelen in orde
zijn. (zie hoofdstuk 7).
6.1 Opstarten en zaagcyclus
- Zorg ervoor dat de machine niet in
noodtoestand staat. Als dit wel het
geval is, los dan de rode knop (1).
- Plaats het te verzagen materiaal
tussen de bankschroef (3) en klem het
stevig vast met het draaiwiel (5).
- Pak de hendel (4) om de kop te
bedienen vast en druk op de knop (2).
Controleer of de schijf in de juiste
richting draait (zoniet, verwissel de 2-
pinnige geleidingen) en of er
voldoende koelmiddel uitkomt.
De zaag is nu gebruiksklaar. Denk
eraan dat de zaag snelheid en de soort
schijf – gecombineerd met een
gepaste zaksnelheid – van zeer groot
belang zijn voor de zaagkwaliteit en de
werking van de machine (Voor meer
details, zie hoofdstuk 9).
- Als u een nieuwe schijf gebruikt,
moet u de eerste 2 à 3 keer lichte druk
uitoefenen op het werkstuk, zodat het
ongeveer dubbel zolang duurt
vooraleer het stuk verzaagd is (Zie
9.5). Dit komt de levensduur en de
efficiëntie van de schijf ten goede.
- Druk op de rode knop (1) bij gevaar
of defecten. Zo wordt de machine
onmiddellijk gestopt.
7. Het afstellen van de
machine
7.1 Schijfkop
- Als er te veel axiale speling op de spil
zit, volstaat het om de schroeven (6)
aan te halen, maar niet te hard.
7.2 Bankschroef
- De bankschroef vereist geen speciale
afstelling.
7.3 Het blokkeren van de arm
- Als de arm onvoldoende in de
gewenste positie geblokkeerd zit, draai
dan de schroef (1) op de hendel los,
hou de lager op z'n plaats, draai de
hendel naar links en draai de schroef
vast.
DE MACHINE MAG NIET ONDER
STROOM STAAN TIJDENS DE
VOLGENDE BEWERKINGEN.
www.contimac.be
7