8.4 Gebruik van wasmiddel
8.4.1 Wasmiddellade
De wasmiddellade bestaat uit drie vakken.
– ( ) bovendien heeft het wasverzachtervak een sifon.
8.4.2 Wasmiddel, wasverzachter en
andere reinigingsmiddelen
8.4.3 Het wasmiddeltype kiezen
• Gebruik geen zeeppoeder.
• Gebruik enkel wasmiddelen die specifiek voor wasmachines
zijn bestemd.
LET OP!
• Het te gebruiken wasmiddel is afhankelijk van het soort
materiaal en de kleur.
OPMERKING
FL / 26
2
1
3
– (1) voor voorwas
– (2) voor hoofdwas
– (3) voor wasverzachter
a) Voeg wasmiddel en wasverzachter toe voor het starten van het
programma.
b) Indien u een programma draait zonder voorwas, doe dan geen
wasmiddel in het voorwasvak.
c) Selecteer geen programma met voorwas als u een wasmiddelzakje
of wasmiddelbol gebruikt. Plaats het zakje of de bol direct tussen de
was in het product.
d) Open de wasmiddellade nooit terwijl het wasprogramma bezig is!
Wasmachine / Gebruiker Handleiding