Inhoudsopgave
Advertenties
Voorbeeld:
21
Weerstand meten
Ga als volgt te werk voor het meten van een weerstand:
1. Het zwarte meetsnoer (14) op de aansluiting COM (7) en
het rode meetsnoer (13) op de aansluiting input (6)
aansluiten.
2. De draaischakelaar (2) naar de stand weerstand
meten (19) draaien.
ð Op het display verschijnt de indicatie
weerstandsmeting (27).
3. De gewenste meetpunten van het stroomcircuit met de
meetpennen (11) van de meetsnoeren aanraken.
ð De meetwaarde wordt op de meetwaardeweergave (28)
weergegeven.
ð De eenheid van de weerstand (26) wordt weergegeven
(k = kilo =1000 ohm, M = mega = 1 miljoen ohm).
19
NL
Doorgang controleren
Ga als volgt te werk voor het controleren van de doorgang van
het te controleren stroomcircuit:
1. Het zwarte meetsnoer (14) op de aansluiting COM (7) en
het rode meetsnoer (13) op de aansluiting input (6)
aansluiten.
2. De draaischakelaar (2) naar de stand diodetest/
doorgangscontrole (18) draaien.
3. Druk op de toets diodetest/doorgangscontrole (8), tot de
indicatie doorgangscontrole (34) verschijnt op het display.
ð De indicatie weerstandsmeting (27) verschijnt op het
display.
ð De meetwaardeweergave (28) toont OL.
4. De gewenste meetpunten van het stroomcircuit met de
meetpennen (11) van het meetsnoer aanraken.
ð Ligt de gemeten weerstand onder 120 Ω, geeft het
apparaat een akoestisch signaal en toont de
meetwaardeweergave (28) de weerstand van het
stroomcircuit.
ð Ligt de gemeten weerstand boven 120 Ω, geeft het
apparaat geen akoestisch signaal en toont de
meetwaardeweergave (28) nog steeds OL.
18
34
stroomtang BE40
8
27
9
Advertenties
Inhoudsopgave
