Bedieningshandleiding – verkorte versie -
ExTox gasdetectiecentrales series ET-8D en ET-4D2
Alarm A1, A2, A3:
Storing F:
Relais ET-8D (tussen haakjes voor ET-4D2)
K1 tot K24 (K12):
Apparaatstoring K25 (K13): aangetrokken
Onderhoud K26 (K14):
3.3
Alarmen
Er wordt ten minste bij één kanaal een geconfigureerde alarmdrempel geschonden.
Wanneer het alarm als zelfvergrendelend geconfigureerd is, moet het na het wegvallen van
de activeringsvoorwaarde manueel worden bevestigd.
Serie ET-8D: Daarvoor moet op het display de staafdiagram- en detailweergave geactiveerd
zijn (cf. paragraaf Fehler! Verweisquelle konnte nicht gefunden werden.). Dan moet
op het display eerst het desbetreffende kanaal en daarna met de selectietoetsen F3 (<AL)
of F4 (AL>) het te bevestigen alarm A1, A2, A3 worden geselecteerd. Met de selectietoets
F5 (AQUIT) kan het alarm dan worden gewist.
Serie ET-4D2: Daarvoor moet op het display de staafdiagram- en detailweergave
geactiveerd zijn. Dan moet op het display met de selectietoets F1 (<CH>) eerst het
desbetreffende kanaal en daarna met de selectietoets F2 (<AL>) het te bevestigen alarm
A1, A2, A3 worden geselecteerd. Met de selectietoets F3 (AQUIT) kan het alarm dan worden
gewist.
Houd er rekening mee, dat bij de instelling van de parameter AQUIT=Uit een bevestiging
alleen mogelijk is, wanneer u eerst in het passwordniveau 2 of 3 bent aangemeld.
Wanneer relais als resetbaar werden geconfigureerd, kunnen ze worden bevestigd door de
selectietoets F7 (ET-8D) resp. F5 (ET-4D2) in te drukken. U moet zich daarbij in de
staafdiagram- en detailweergave bevinden. Algemeen wordt deze functie alleen gebruikt
voor akoestische meldingen, bijv. claxon, zoemer. Houd rekening met de nieuwe activering
bij het optreden van een bijkomend alarm (nieuw alarm).
Status-LED's
Kanaalstoring (geel):
Alarm 1, 2, 3 (rood):
Werking kanaal:
Werkingsindicatie:
Apparaatstoring:
Display
Staafdiagram:
Meetwaarde:
Alarm A1, A2, A3:
Storing F:
Relais ET-8D (tussen haakjes voor ET-4D2)
K1 tot K24 (K12):
Apparaatstoring K25 (K13): aangetrokken
Onderhoud K26 (K14):
3.4
Onder- en overschrijding van het meetbereik
De meetwaarde ligt in een bereik onder 0 % en boven 100 % van de eindwaarde van het
meetbereik. Houd er rekening mee, dat de analyse van de meetwaarde pas na een
uitgevoerde nulpuntdemping (indien geactiveerd) wordt uitgevoerd.
0
0
niet geactiveerd
aangetrokken
uit
brandt, voor geactiveerde alarmen
brandt, wanneer het kanaal geactiveerd is
brandt
uit
actuele waarde in een bereik van 0 tot eindwaarde van het
meetbereik
actuele meetwaarde in een bereik van 0 tot eindwaarde van het
meetbereik
1 voor geactiveerde alarmen, anders 0
0
geactiveerd,
indien
geactiveerde alarm bevat
aangetrokken
de
activeringsvoorwaarde
het
Pagina 5 van 11