Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Duiken In Bergmeren; Hoogtemeter; Hoogteklassen - Scubapro Aladin TEC 3G Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Duiken met Scubapro Aladin TEC 3G
3.6

Duiken in bergmeren

3.6.1 Hoogtemeter

De hoogte-aanpassing ->84 is niet van invloed op de hoogteklasse of de berekeningen.

3.6.2 Hoogteklassen

Hoogtesymbool
Hoogteklasse 2
De Aladin TEC 3G meet elke 60 seconden de atmosferische druk, ook wanneer het display is uitgeschakeld.
Indien de computer registreert dat de hoogte toeneemt, schakelt deze automatisch in en worden de nieuwe
hoogteklasse (1-4) en de reststikstoftijd aangegeven. De reststikstoftijd die op dat moment wordt aangegeven,
refereert aan de tijd die nodig is voor aanpassing aan de nieuwe hoogte. Als u tijdens deze aanpassingstijd
aan een duik begint, gaat de Aladin TEC 3G ervan uit dat het een herhalingsduik is, omdat er reststikstof in het
lichaam aanwezig is.
De hoogte wordt onderverdeeld in vijf klassen, die worden beïnvloed door de barometerdruk. De
hoogteklassen kunnen elkaar dan ook enigszins overlappen. Wanneer u bij een bergmeer komt, wordt
de hoogteklasse aan de oppervlakte (tijddisplay), in het logboek en in de duikplanner aangegeven met
een bergje en de huidige hoogteklasse. Zeeniveau tot een hoogte van ongeveer 1000 meter wordt niet
aangegeven. In het volgende schema ziet u hoe de hoogteklassen ongeveer zijn onderverdeeld:
Hoogteklassen
38
Geen
decompressiestatus
dieptemetermodus
4000 m
13120 ft
3000 m
9840ft
2000m
6560ft
1000m
3280ft
0m
Omslag
bij circa
610 mbar
8,85 psi
725 mbar
10,51 psi
815 mbar
11,82 psi
905 mbar
13,12 mbar

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave