3. Lijn de groeven op de systeemventilator uit met de houders op het chassis en schuif de eenheid [1].
4. Plaats de schroef (#6-32x1/4") terug om de beugel van de systeemventilator aan het chassis te bevestigen [2].
5. Sluit de kabel van de systeemventilator aan op de connector op de systeemkaart [3].
6. Installeer:
a.
Koelplaateenheid
b.
Voedingsscharnier
c.
Kap
7. Volg de procedure in
Nadat u in de computer hebt
gewerkt.
Demonteren en hermonteren
81