6
Uw telefoon voor gebruik voorbereiden
De PIN
De meeste SIM-kaarten hebben als beveiliging een PIN (persoonlijk
identificatienummer) dat u nodig hebt voor toegang tot het netwerk. Elke keer
wanneer u uw telefoon inschakelt, wordt u gevraagd uw PIN in te voeren.
Deze instelling is optioneel en kan dus gewijzigd worden. U vindt uw PIN
in de informatie van uw netwerkbeheerder.
Sommige beheerders hebben diensten die een tweede PIN vereisen, uw PIN2.
Ga voorzichtig te werk bij het gebruik van uw PIN. Het is uw bescherming
tegen ongeoorloofd gebruik van uw abonnement.
Als uw PIN drie opeenvolgende keren onjuist wordt ingevoerd, wordt de
SIM-kaart geblokkeerd. Als dit gebeurt, kunt u de blokkering opheffen door
uw PUK (Personal Unblocking Key) te gebruiken, die u eveneens van uw
beheerder krijgt.
De batterij
Uw telefoon wordt geleverd met een nikkelmetaalhydride (NiMH) batterij.
De batterij is niet opgeladen wanneer u uw telefoon koopt, maar er is
waarschijnlijk voldoende stroom om de telefoon in te schakelen. Wij raden
u aan de batterij op te laden voordat u de telefoon voor het eerst gebruikt.
De batterij op de telefoon bevestigen
•
Plaats de batterij op de achterzijde van de telefoon en druk tot u een
klik hoort.
Wanneer u de batterij moet opladen
De nikkelmetaalhydride batterij die bij uw telefoon wordt geleverd kunt u op
elk gewenst moment opladen zonder dat dit de capaciteit nadelig beïnvloedt.
Dit is niet het geval met de goedkopere batterijen van het type
nikkelcadmium, die andere leveranciers vaak als toebehoren leveren.
Wij raden u aan uitsluitend originele Ericsson-batterijen met uw telefoon
te gebruiken voor de beste spreektijd en standby-tijd op de lange termijn.