2.5 Het apparaat aan/uitschakelen
2.5.1 Automatisch aan/uitschakelen
Als de motor van het voertuig wordt gestart, gaat het apparaat auto-
matisch aan . Als de automatische opname-functie is ingeschakeld, zal het
opnemen automatisch starten zodra het apparaat aangaat .
Raadpleeg 'automatisch opnemen instellen' alstublieft (2 .6 .2) .
2.5.2 Handmatig aan/uit doen en resetten
2.5.2.1 Handmatig aan doen
Druk de aan/uit schakelaar in en zorg
ervoor dat de schakelaar vergrendelt
op het geheugenkaartslot .
2.5.2.2 Uitschakelen
Druk de aan/uit-schakelaar in en zorg
ervoor dat het geheugenkaartslot
wordt vrijgegeven en het apparaat
de uitschakel procedure start . Doe
het apparaat niet aan als het nog
bezig is met de uitschakelprocedure,
anders kan het opgenomen bestand
mogelijk beschadigd worden .
2.5.2.3 Het apparaat resetten
Als het apparaat niet normaal werkt als gevolg van onbekende oorzaken,
druk dan de aan/uit-schakelaar in en controleer of de geheugenkaart zich
in de verwijderbare toestand bevindt; wacht dan 7 seconden en druk de
aan/uit-schakelaar weer in om het apparaat te herstarten .
14