SC-F1000 Series
Gebruikershandleiding
Normaal gesproken is Kleine degel
geselecteerd. Wanneer u controlepatronen
wilt afdrukken met behulp van Extra
kleine degel of Mouwendegel, wijzigt u de
instellingen.
C
Controleer of de media op de degel ligt en druk
op Start.
Het spuitkanaaltjespatroon wordt afgedrukt.
D
Controleer het spuitkanaaltjespatroon.
Voorbeeld van schone spuitkanaaltjes
Geen ontbrekende stukken in het testpatroon.
Voorbeeld van verstopte spuitkanaaltjes
Voer een printkopreiniging uit als er stukken in
het spuitkanaaltjespatroon ontbreken.
"Kop reinigen" op pagina 98
U
Kop reinigen
Voor de reiniging van de printkop zijn er
Automatisch reinigen en drie niveaus van
printkopreiniging beschikbaar: Reiniging (licht),
Reiniging (gemiddeld), en Reiniging (zwaar).
Voer eerst Automatisch reinigen uit. Als de
verstoppingen hierdoor niet worden verholpen,
doe dan de volgende stappen: Reiniging (licht),
Reiniging (gemiddeld) en Reiniging (zwaar) totdat
de verstoppingen zijn verholpen.
A
Controleer of de stroom is ingeschakeld en
druk op
(Onderhoud) — Kop reingen.
B
Selecteer een reinigingsmethode.
Wanneer Automatisch reinigen is
geselecteerd
Ga naar stap 4.
Onderhoud
Wanneer een reinigingsniveau is geselecteerd
Wanneer u alle rijen reinigt, selecteer dan Alle
spuitkanaaltjes, en ga dan naar stap 4.
Ga naar de volgende stap wanneer u een
spuitkanaaltjespatroon wilt afdrukken om te
bepalen welke rijen moeten worden gereinigd.
C
Controleer het spuitkanaaltjespatroon, selecteer
de rijen met spuitkanaaltjes die u wilt reinigen
en druk op OK.
De tekst die onderaan het
spuitkanaaltjespatroon wordt afgedrukt geeft
de combinatie van de inktkleur en de
spuitkanaaltjesrij aan.
Bevestig welke rijen ontbreken in het
spuitmondcontrolepatroon en selecteer
vervolgens de rijen die moeten worden
gereinigd in de printkop voor de Kleur en Wit.
Voor de situatie in de volgende afbeelding
selecteert u C.
D
Lees het bericht en druk op Start.
De reiniging wordt gestart. Wanneer de
reiniging is voltooid, raden we u aan Ja te
selecteren in het bevestigingsscherm. Druk
vervolgens het spuitkanaaltjespatroon af om te
controleren of de verstoppingen zijn verholpen.
Als de verstopping is verholpen
Ga door met de taak.
Als de verstopping niet is verholpen
Ga terug naar stap 1 en voer Reiniging (licht)
uit. Na het uitvoeren van Reiniging (licht),
voert u het volgende hogere reinigingsniveau
uit.
Wanneer spuitmonden verstopt blijven, zelfs
na meerdere malen reinigen van de printkop
Mogelijk is het gebied rond de printkop vuil.
Voer de volgende stappen uit.
"Het gebied rond de printkop reinigen" op
U
pagina 85
98