Service
PROCEDURE 2
Controleer de werking van de schaal
a) Schakel de microcomputer uit.
b) Koppel alle sensoren los
c) Sluit de GEWICHTSSIMULATOR met de hendel in de stand "Var" aan op een van de sensor
connectors van het weeg systeem.
d) Schakel de microcomputer in.
e) STEL AF (raadpleeg de handleiding van de microcomputer voor de instructies).
f) De weegschaal moet stabiel zijn en "0" kg aangeven.
g) Controleer de correcte werking door de knop van de GEWICHTSSIMULATOR te draaien
(rechtsom voor gewichtstoename, linksom voor gewichtsafname).
HERHAAL DE TEST DOOR DE GEWICHTSSIMULATOR AAN TE SLUITEN OP DE PLAATS VAN ELKE SENSOR.
RESULTAAT
Nul stabiel en correcte werking
van alle connectors
Nul niet stabiel en geen
correcte werking van alle
connectors
Controleer de werking van de SENSOREN
a) Schakel de microcomputer uit.
b) Laat enkel een sensor aangesloten op de schaal.
c) Schakel de microcomputer in.
d) STEL AF (raadpleeg de handleiding van de microcomputer voor de instructies).
e) De weegschaal moet stabiel zijn en "0" kg aangeven.
f) Controleer de correcte werking, door te proberen gewicht te laden op de aangesloten sensor
(het weergegeven gewicht is niet belangrijk, maar moet wel stabiel zijn).
HERHAAL DE TEST DOOR DE SENSOREN EEN NA EEN AAN TE SLUITEN.
RESULTAAT
Nul en gewicht stabiel.
Nul en gewicht onstabiel.
6 - ►►►►
OORZAAK
De sensor is NIET beschadigd
De sensor is beschadigd
OORZAAK
De sensor is NIET beschadigd
De sensor is beschadigd
INDICATOR HAPPY FEEDER III RevC4
Ref. JA / NEEN
HANDELING
Ga verder met de overige tests.
Contacteer de servicedienst.
HANDELING
Ga verder met de overige
sensoren.
Ga verder met de overige
sensoren.
Contacteer de servicedienst.