Veiligheidsinstructies
Het apparaat is gefabriceerd volgens de stand der tech-
niek op het moment van de levering.
Omvangrijke materiaal-, functie- en kwaliteitscontroles
garanderen een hoog rendement en een lange levens-
duur van het apparaat. Niettemin kunnen er van het ap-
paraat gevaren uitgaan, als het door ongeïnstrueerd
personeel ondeskundig of niet-doelmatig gebruikt
wordt.
◊
De met de bediening van het apparaat belaste per-
sonen moeten het apparaat voor de ingebruikname
controleren op opvallende gebreken aan de bedie-
nings- en veiligheidsinrichtingen en op de aanwezig-
heid en werking van de bescherminrichtingen.
◊
Bij gebreken die de bedrijfsveiligheid van het appa-
raat in gevaar brengen, moet het gebruik van het ap-
paraat onmiddellijk gestaakt worden.
◊
Het apparaat mag uitsluitend in gemonteerde toe-
stand en alleen doelmatig werken.
◊
Veiligheidsonderdelen (b.v. beschermroosters) mo-
gen niet gedemonteerd noch buiten werking gesteld
worden.
◊
Bij de inzet van het apparaat moeten de geldende
plaatselijke voorschriften (ook die van het plaatselij-
ke energiebedrijf) en de wettelijke veiligheidsvoor-
schriften worden nageleefd.
◊
Het apparaat mag niet werken in ruimtes waar ex-
plosiegevaar bestaat.
◊
Er moeten veiligheidsafstanden tot brandbare voor-
werpen worden aangehouden.
◊
Het beschermrooster en delen van het oppervlak
worden heet tijdens het bedrijf van het apparaat.
◊
Verander de straalrichting alleen als het apparaat is
afgekoeld.
◊
Steek nooit vreemde voorwerpen in het apparaat.
◊
Het apparaat mag als het zonder toezicht continu
werkt in gesloten ruimtes, alleen werken met een
geschikte ruimtethermostaat.
◊
Laat het apparaat nooit zonder toezicht werken als
niet kan worden uitgesloten dat onbevoegde perso-
nen in de buurt van het apparaat kunnen komen.
◊
Het apparaat mag tijdens het bedrijf niet worden af-
gedekt.
◊
Het apparaat mag niet direct onder een wandcon-
tactdoos werken.
◊
Het apparaat mag niet werken in de buurt van bad-
kuipen, douches, zwembaden enz.
◊
Het apparaat mag niet worden blootgesteld aan een
directe waterstraal.
◊
Laat nooit water binnendringen in het inwendige van
het apparaat.
◊
Alle elektrische kabels van het apparaat moeten te-
gen beschadigingen, b.v. door dieren, beschermd
worden.
4
Beschrijving van het ap-
paraat
Het apparaat werkt met elektrische energie en is geconci-
pieerd voor een universele, probleemloze inzet.
Het apparaat is uitgerust met een ingekapselde elektrische
verwarmingsweerstand, een stevige standvoet, een mon-
tagebeugel en een aansluitkabel met stekker.
Het apparaat voldoet aan de fundamentele veiligheids- en
gezondheidseisen van de geldende EU-voorschriften. Het
is bedrijfsveilig en eenvoudig te bedienen.
Toepassingsgebieden van de apparaten
◊ Puntverwarmen van werkplaatsen in de open lucht en
productieruimtes en hallen waar geen brandgevaar be-
staat.
◊ Continu of tijdelijk verwarmen van ruimtes.
◊ Tempereren van delen bij kans op vorst.
◊ Ontdooien van machines, voertuigen en niet-brandbare
opgeslagen goederen, waarbij adequate veiligheidsaf-
standen moeten worden aangehouden.
Montage van het
apparaat
Het apparaat wordt voorgemonteerd geleverd en kan
ofwel als staand apparaat of hangend aan de muur
werken.
Montage als staand apparaat
1. Bevestig de montagehoek (A)
A
2. Bevestig de montagebeugel van
3. Stel het apparaat stabiel op op
met de drie schroeven M8 en er-
onder gelegde borgplaatjes aan
de standvoet.
het apparaat met de twee
schroeven M8 en eronder geleg-
de borgplaatjes aan de monta-
gehoek.
een vlakke en niet-brandbare
ondergrond.
Houd de vereiste
veiligheidsafstanden aan!