Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Instellingen Maken Voor Elke Pad; De Verstuurde Nootnummers Wijzigen - Roland SPD-6 Percussion Pad Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

MIDI-functies
Instellingen maken voor elke
pad
De verstuurde nootnummers
wijzigen
U kan de klanken veranderen die door de zes pads en de
twee pedaalschakelaars (afzonderlijk te koop: DP-2) worden
gespeeld.
U kan nootnummers 20Ð99 van elke drumset selecteren.
1. Houd [OTHERS/U4] ingedrukt en druk op [POWER] om
de stroom van de SPD-6 aan te zetten (User Group).
2. Houd de twee knoppen ingedrukt van de user-patch die u
wil bewerken en laat ze los wanneer de lampjes van
[OTHERS/U4], [1], [2] en [3] beginnen te flikkeren.
Om de handeling te annuleren, moet u op [OTHERS/U4]
drukken (flikkert). De user-patch die u in stap 2 hebt
geselecteerd, kan nu gespeeld worden.
3. Druk op [2].
Het lampje van [OTHERS/U4] flikkert en ŽŽn van de
knoplampjes [1]-[4] gaat branden.
4. Sla een pad aan om de pad te selecteren waarvan u de
klank wil wijzigen.
Sla nauwkeurig, en een beetje harder dan normaal, in het
midden van de pad.
Er zal slechts ŽŽn van de lampjes [1]Ð[4] branden in
functie van de instelling van de aangeslagen pad.
5. Maak de instelling van de pad die u in stap 4 hebt
geselecteerd.
Het nootnummer wordt verstuurd wanneer u met de
knoppen, de pads of de pedalen werkt.
Handeling
Druk op [1]
Met ŽŽn vermeerderd;
nadat de maximum-
Druk op [2]
waarde bereikt is,
Druk op [3]
terugkeer naar de
minumumwaarde
Druk op [4]
Druk op
Met ŽŽn verminderd,
[DRUMS/U1]
stopt op de minimum-
waarde
Druk op [PERC/
Met ŽŽn vermeerderd;
U2]
stopt op de maximum-
waarde
¥ Het laatst gespeelde nootnummer wordt toegewezen aan de
30
Verandering
Bereik van
beschikbare
nootnummers
20Ð39
40Ð59
60Ð79
80Ð99
99Ð20
20Ð99
pad of pedaalschakelaar.
¥ Als u de knop ingedrukt houdt, zal de waarde
overeenkomstig veranderen.
¥ Als u op een knop [1]Ð[4] drukt waarvan het lampje niet
brandt, wordt de minimale nootnummerwaarde verstuurd
die voor elke knop kan worden ingesteld.
¥ Als u [PERC/U2] ingedrukt houdt en op [DRUMS/U1]
drukt, zal de waarde snel verhogen. Als u [DRUMS/U1]
ingedrukt houdt en op [PERC/U2] drukt, zal de waarde snel
verlagen.
¥ Wanneer nootnummer 42 aan een pad is toegewezen, kan u
het openen (nootnummer 46) en sluiten (nootnummer 42)
van de hi-hat sturen met behulp van een pedaalschakelaar.
¥ Als u niet wil dat er klank gehoord wordt wanneer u de
pedaalschakelaar indrukt die u gebruikt om de hi-hat te sturen,
moet u deze toewijzen aan een nootnummer dat geen klank
geeft.
6. Herhaal stappen 4 en 5.
Om instellingen te maken voor een pedaalschakelaar,
moet u op de pedaalschakelaar drukken in plaats van
een pad aan te slaan.
Als u klaar bent met het maken van instellingen voor alle
pads gaat u verder met stap 7.
7. Druk op [OTHERS/U4] (flikkert) om de bewerkte waarde
te bewaren.
Als het lampje van de door u geselecteerde knop flikkert,
kan u spelen met de bewerkte instellingen.
MERK OP
Nadat u op [OTHERS/U4] hebt gedrukt, mag u de stroom niet
uitzetten vooraleer het knoplampje van de bewerkte patch
brandt.
Veranderingen annuleren VOORALEER u ze bewaart
¥ Wanneer u onmiddellijk wil spelen
Houd [SFX/U3] ingedrukt en druk op [OTHERS/U4]. Als het
lampje gaat flikkeren van de knop die overeenkomt met de
onbewerkte instellingswaarde, dan kan de patch die u in stap
2
selecteerde in zijn onbewerkte toestand gespeeld worden.
¥ Wanneer u de stroom wil uitzetten
Druk op [POWER] om de stroom uit te zetten. Wanneer u
[OTHERS/U4] ingedrukt houdt en de stroom opnieuw aanzet
en dan de user-patch selecteert, kan deze in zijn onbewerkte
toestand gespeeld worden.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave