symptoom
Geen stroming van
1.
water (bijvoorbeeld
uit douche, wastafel
of urinoir)
Water stroomt
2.
niet als de sensor
geactiveerd wordt.
3.
Water blijft lange
tijd lopen.
4.
Water loopt slechts
kort.
5.
P l a f o n d s e n s o r
wordt per ongeluk
geactiveerd.
STORINGEN opLossEN
a.Controleer of de watertoevoer niet is afgelsoten.
b.Als er geen stroom op de controlebox staat, controleer dan
de zekering in de transformator en de stroomtoevoer naar de
transformator.
c.Controleer de uitgangszekering.
d.Gebruik de programmeerset om te controleren of ieder
kanaal correct functioneert (zie de producthandleiding van
de programmeerset).
e.Vervang de print van de besturingskast.
a. Zorg voor een stroomtoevoer van 9 -12 V wisselstroom bij
de sensor-/solenoïde-aansluitingen in de controlebox.
b. G e b r u i k d e p r o g r a m m e e r s e t v o o r e e n
systeemcontrole van de Rada Pulse besturingskast (zie de
producthandleiding van de programeerset).
c. Controleer of de sensor- en/of magneetklep aansluitingen
op de print contact maken en correct zijn en of de
aansluitingen op de sensor en/of magneetklep correct zijn.
d. Defecte zekering in controlebox. Vervangen.
e. Controleer of de sensor correct werkt. Vervangen indien
nodig.
f. Controleer of het magneetventiel correct werkt. Vervangen
indien nodig.
g. Controleer de spoel. Vervangen indien nodig.
a. Plug de programmeerset in en controleer de instellingen/
looptijden. Opnieuw programmeren indien nodig.
b. Controleer de magneetklep. Voer onderhoud uit of vervang
onderdelen indien nodig.
a. Plug de programmeerset in en controleer de instellingen/
looptijden . Opnieuw programmeren indien nodig.
a. Controleer of de sensor correct is uitgelijnd (zie sectie:
'Installatie').
b. Controleer of er in het detectiegebied geen snel
veranderende warmtebron is en of er een tocht heerst.
oorzaak/oplossing
42