1. ALGEMENE INFORMATIE
1.1 Veiligheid
M M o o n n t t a a g g e e : :
Controleer voor de montage van de Zout- en
zandstrooier of de grendel aan de voorkant van het
laadpaneel vergrendeld en geborgd is. (Figuur 1)
Controleer of het gereedschap naar behoren gemonte-
erd is en dat de grendel in de stand "gesloten"
bewogen kan worden. Zie paragraaf 2.2.
V V o o o o r r k k o o m m o o n n g g e e l l u u k k k k e e n n a a c c h h t t e e r r d d e e z z o o u u t t - - e e n n
z z a a n n d d s s t t r r o o o o i i e e r r : :
Houd altijd vingers en voeten bij de
roterende strooiplaat vandaan. (Figuur 2)
G G a a n n i i e e t t t t e e d d i i c c h h t t b b i i j j d d e e z z o o u u t t - - e e n n
z z a a n n d d s s t t r r o o o o i i e e r r s s t t a a a a n n : :
Let erop dat er niemand te dicht bij de
machine komt wanneer deze in gebruik
is.
V V o o o o r r k k o o m m o o n n g g e e l l u u k k k k e e n n d d o o o o r r b b e e k k n n e e l l l l i i n n g g : :
Let erop dat u uw vingers en voeten bij
de zout- en zandstrooier vandaan houdt,
wanneer u deze laat zakken. (Figuur 3)
V V o o o o r r k k o o m m o o n n g g e e l l u u k k k k e e n n d d o o o o r r k k a a n n t t e e l l e e n n : :
Gebruik de machine niet op plaatsen
waar zij kan slippen, kantelen of
omrollen. Gebruik de machine niet op
hellingen van meer dan 10°.
N N B B ! !
Omdat het voertuig een knikbesturing
heeft, zwenkt de achterkant uit wanneer
u het stuurwiel draait. Sta daarom nooit
te dicht bij de machine om ongelukken
door beknelling te voorkomen.
G G e e v v a a a a r r v v o o o o r r s s t t o o t t e e n n d d o o o o r r d d e e h h e e f f s s t t a a n n g g : :
Vermijd stootgevaar door de hefstang bij
het laten zakken van de Zout- en
zandstrooier. Houd de hefstang steeds
goed vast totdat de zout- en
zandstrooier naar behoren aan de
machine gemonteerd is.
(Figuur 4)
1 1
1 1
2 2
2 2
3 3
3 3
Zout- en zandstrooier laten zakken
4 4
4 4
5
Kapsluiting
Roterende strooiplaat
Hefstang