Aansluitschema:
Busaansluiting en aansluiting op secundaire aansluitingen:
Een afstand van minimaal 4 mm tussen de laagspanningsaansluitingen (bus- en secundaire ingangen) en de
lastkabels (230 V) moet worden gewaarborgd (conf. afb. A)!
Geadviseerd wordt, de schakelactor in twee onderling verbonden inbouwdozen te installeren (zie afb. B). De
ene doos (A) kan naast de bus- en secundaire aansluiting ook bijv. een serieschakelaar (C) bevatten. In de
andere doos (B) zijn de schakelactor en de 230 V klemmen opgenomen. De 6-polige aansluitkabel (D) word
door de doosverbinding geïnstalleerd.
Het potentiaal "COM" mag niet met andere externe potentialen, ook niet met andere "COM"-aansluitingen,
worden samen geschakeld!
Opmerkingen betreffende de hardware
Op de secundaire ingangen in geen geval netspanning (230 V) of andere externe spanning aansluiten!
Door de aansluiting van een externe spanning wordt de elektrische veiligheid van het gehele KNX/EIB-systeem
(SELV / geen galvanische scheiding) in gevaar gebracht!
Er bestaat gevaar voor persoonlijk letsel en apparaten en inrichtingen kunnen beschadigd raken!
Bij de installatie moet worden gelet op voldoende isolatie tussen netspanning en bus- resp. secundaire
aansluitingen! Er moet een minimale afstand tussen de bus-/secundaire aders en netspanningsaders worden
aangehouden van min.4 mm.
Niet gebruikte aders van de 6-polige aansluitkabel moeten onderling en t.o.v. externe spanningen worden
geïsoleerd.
Ter voorkoming van storende EMC-instralingen moeten de kabels van de ingangen niet parallel aan
netspanningskabels worden geïnstalleerd.
Er mogen geen verschillende fases op de schakelactor worden aangesloten!
Klembezetting:
Afb. A
Product Manual
®
ABB i-bus
KNX
A
B
Pagina: 3 van 32
C
D
µ
L
L'
BN
BN
Afb. B
Hardware-beschrijving