Nokia 3210 Gebruikershandleiding
Veiligheidsinformatie over de batterij en de lader
Nadat uw apparaat is opgeladen, koppelt u de lader los van het apparaat en haalt u de stekker
van de lader uit het stopcontact. Let op: het apparaat mag niet langer dan 12 uur continu wor-
den opgeladen. Als een volledig opgeladen batterij niet wordt gebruikt, raakt deze na verloop
van tijd automatisch ontladen.
Bij extreme temperaturen nemen de capaciteit en levensduur van de batterij af. Bewaar de bat-
terij altijd op een temperatuur tussen 15 °C en 25 °C voor optimale prestaties. Een apparaat
met een warme of koude batterij kan gedurende bepaalde tijd onbruikbaar zijn. De batterij kan
bij lage temperaturen snel ontladen raken en binnen enkele minuten zoveel lading verliezen dat
de telefoon wordt uitgeschakeld. Houd uw telefoon warm als u bij lage temperaturen buiten
bent.
Houd u aan de lokale regelgeving. Lever batterijen indien mogelijk in voor recycling. Gooi bat-
terijen niet weg met het huishoudafval.
Stel de telefoon niet bloot aan extreem lage luchtdruk of aan extreem hoge temperaturen.
Gooi uw telefoon bijvoorbeeld niet in een vuurhaard aangezien de batterij dan kan exploderen
of ontvlambare vloeistof of gassen kan verspreiden.
U mag batterijen nooit ontmantelen, erin snijden, verbuigen, doorboren of anderszins
beschadigen. Als een batterij lekt, moet u de vloeistof niet in aanraking laten komen met de
huid of ogen. Als dat toch gebeurt, moet u onmiddellijk uw huid en ogen met water afspoelen
of medische hulp zoeken. Wijzig de batterij niet, probeer er geen vreemde voorwerpen in te
brengen. Stel de batterij niet bloot aan en dompel deze niet onder in water of andere vloeistof-
fen. Batterijen kunnen ontploffen als deze beschadigd raken.
Gebruik de batterij en lader alleen voor de doelen waarvoor ze bestemd zijn. Onjuist gebruik of
gebruik van niet-goedgekeurde of incompatibele batterijen of laders kan het risico van brand,
explosie of een ander gevaar met zich meebrengen, en kan de goedkeuring of garantie doen
vervallen. Als u denkt dat de batterij of lader beschadigd is, moet u deze ter inspectie naar een
servicepunt of de leverancier van uw telefoon brengen voordat u deze opnieuw gebruikt. Ge-
bruik nooit een beschadigde batterij of lader. Gebruik de lader alleen binnenshuis. Laad uw ap-
paraat niet op tijdens een onweersbui. Als er geen oplader met de telefoon wordt meegeleverd,
laad het apparaat dan op met de gegevenskabel (meegeleverd) of een USB-stroomadapter
(mogelijk apart aan te schaffen). U kunt uw apparaat opladen met kabels van derden en met
stroomadapters die geschikt zijn voor USB 2.0 of hoger en die voldoen aan toepasselijke regel-
geving van het land en internationale en lokale veiligheidseisen. Andere adapters voldoen mo-
gelijk niet aan toepasselijke veiligheidseisen en opladen met dergelijke adapters kan mogelijk
leiden tot schade aan uw eigendommen of tot lichamelijk letsel.
Als u een lader of accessoire loskoppelt, moet u aan de stekker trekken, niet aan het snoer.
Daarnaast is het volgende van toepassing als uw apparaat een verwijderbare batterij heeft:
• Schakel het apparaat altijd uit en koppel de oplader los voordat u deksels of de batterij ver-
wijdert.
• Onopzettelijke kortsluiting kan optreden wanneer een metalen voorwerp in aanraking komt
met de metalen strips op de batterij. Dit kan schade veroorzaken aan de batterij of het an-
dere voorwerp.
© 2024 HMD Global Oy. Alle rechten voorbehouden.
21