4.2. In geval van alarm
Problemen
zoals
waarschuwingslampjes (rood voor alarm, geel voor storing) op het bedieningspaneel.
Bedieningspaneel
Storing voeding
Storing Batterij
Fig. 5
In geval van alarm licht de waarschuwingslamp van het overschreden niveau op welke ook de
detector is waar het alarm is overschreden.
Op het bedieningspaneel worden de 4 alarmniveaus van de detectors weergegeven maar in
werkelijkheid kunnen tot 7 alarmniveaus per detector worden geprogrammeerd.
De alarmen kunnen worden gevisualiseerd door het rolmenu of met de MENU functie.
MENU functie
Toont de gegevens van alle detectors die zich
in alarmtoestand bevinden.
N 1:Detector1
115 ppm CO
Alarm: A 12
RESET
MENU
Gasconcentratie gemeten op de detector
N 1:Detector1
Valeur: 115 ppm
Alarm: A 12
▼
Alarmniveaus A1 en A2 overschreden
▼
1 druk op
toont de gegevens per detector
(Vgl. 4.1 - 7)
.
►
1 druk op
toont de
volgende detector
8
alarmen
en
storingen
Storing
Alarmen
Scherm in
waaktoestand
STOP
ESC
►
gegevens van de
worden
gesignaleerd
•
Alarmen: de rode waarschuwingslampjes
geven
aan
dat
alarmtoestand is.
gasconcentratie
aan
alarmdrempels overschreden.
• Storingen: licht op indien zich een storing
voordoet.
Voorbeeld: een doorgesneden kabel.
• Storing voeding: geeft aan dat de
voedingsspanning 230Vac verdwenen is
en de centrale overgaat op noodbatterijen.
• Storing batterijen: geeft aan dat de
batterijspanning verdwenen is of dat zij
zich onder de minimum spanning bevindt.
Toont de gegevens van de detector met
behulp van de STOP functie
Gasconcentratie gemeten op de detector
N 1:Detector1
115 ppm
Alarm: A 12
▼
Alarmniveaus A1 en A2 overschreden
met
behulp
de
centrale
Voorbeeld: de gemeten
de
detectors
heeft
Rolmenu
(Vgl. 4.1 - 7)
.
START
►
OctoBUS 64 - Gebruik
Man-OBus-UT-Nl-V13.doc
van
in
de