>
Vermijd, indien mogelijk, om te reinigen met een hogedrukreiniger. Als dit onvermijdelijk is, moet de
koppeling opnieuw ingevet worden.
>
In geval van reparaties (bijv. de vervanging van de koppelingspen), moet het oude vet verwijderd
worden en moet het koppelingsmechanisme met nieuw vet gesmeerd worden. Het
koppelingsmechanisme moet gesmeerd worden met waterbestendig multifunctioneel vet (type vet:
lithiumzeep, consistentieklasse: NL-GI2).
3.2 CONTROLES:
BELANGRIJK:
De controles moeten met passende intervallen worden uitgevoerd, om beschadiging van
de koppeling te voorkomen.
1. Vangmuillager (6):
De maximaal toelaatbare slijtage in het gewricht bedraagt 2 mm. De koppeling moet in geval van
een grotere axiale speling vervangen worden. De stelbout (8) wordt gebruikt om het maximale
koppel in te stellen. Als er geen beweging is wanneer het aanhaalmoment (100 - 150 Nm) wordt
overschreden, moet de koppeling vervangen worden. Dit moet regelmatig gecontroleerd worden.
2. Koppelingspen (5):
Reinig de koppelingspen en meet de diameter ervan in het midden van het bolle gedeelte.
Slijtagelimieten: pen 32 mm = 30 mm, pen 37 mm = 35 mm. De koppelingspen moet vervangen
worden als de afmetingen onder de grenswaarden liggen. Echter, de roterende koppelingspen
voorkomt overmatige slijtage en draagt aanzienlijk bij aan het verlengen van de levensduur van de
koppeling. Apart verkrijgbare testmeters van Walterscheid kunnen gebruikt worden voor een
eenvoudige controle van de slijtagelimieten.
3. Verticale speling:
Als de verticale speling van de koppelingspen in de gesloten status de 2 mm overschrijdt, moet het
koppelingsmechanisme, inclusief de koppelingspen, vervangen worden.
4. Zadelhuls (3):
De zadelhuls moet vervangen worden voordat het zadel van de huls dermate versleten is dat het
trekoog rechtstreeks op de onderste lip van de vangmuil rust. Het zelfde geldt als het gat in de
zadelhuls dermate beschadigd is (vervormd of vergroot), dat de koppelingspen tijdens het vallen de
randen van de zadelhuls raakt en niet langer wordt geblokkeerd. De binnendiameter van de
zadelhuls mag niet meer dan 25,5 mm bedragen. De opening moet te allen tijden vrij zijn zodat
eventueel vuil er doorheen kan vallen.
5. Geleidehuls (4):
Als de pen bij de koppeling zoveel speling in de trekrichting heeft dat hij niet in de zadelhuls valt en
het onderste uiteinde ervan daarentegen op de zadelhuls rust, is de geleidehuls versleten en moet
de koppeling gerepareerd worden. Op de koppelingen versie B en NB is de geleidehuls voorzien
van een zadel. Dergelijke geleidehulzen moeten ook vervangen worden voordat het zadel zodanig
versleten is dat het trekoog rechtstreeks op de vangmuil steunt.
BELANGRIJK:
Gebruik voor vervangingen uitsluitend originele reserveonderdelen van Walterscheid. Als
de eigenaar van het voertuig niet beschikt over voldoende vaardig personeel en de
noodzakelijke technische uitrusting, mag de vervanging uitsluitend worden uitgevoerd
door een gespecialiseerde werkplaats.
BA_TASC_400030_KU 2000 EN_NL.docx
4