4 Apparaatinstallatie
4.2.1
Montage van een kabel in de D-Sub stekker
NL-17
-
Kabel naar de montageplaats leiden en bevestigen (bijv. met kabelbinders).
-
Kabeluiteinden vrijmaken en strippen, houd de aders kort en voorzie ze van
adereindhulzen.
-
Bevestig de stekkers en de kabels volgens het aansluitschema.
-
Zorg voor aarding resp. potentiaalverefening tussen de apparaten/installatiedelen
(verplicht voor Ex-toepassingen!).
De aansluitingen op de achterwand zijn insteekverbindingen. Leid de draden zo dicht
mogelijk naar de klemmen. De stekkerbehuizing is geleidend (gemetalliseerd) en vormt
daarmee onderdeel van de afscherming. Schroef ze correct vast aan de achterwand.
LET OP
Er kan materiële schade worden toegebracht.
Bij kabellengtes >50 m mag de kabelafscherming niet met de metalen behuizing
worden verbonden, maar uitsluitend aan één zijde worden vastgeklemd aan de
intrinsiek veilige voeding (bijv. een veiligheidsbarrière of intrinsiek veilige
netvoeding)!
Let voor, tijdens en na het monteren altijd goed op of de afdichting nog correct op
zijn plaats zit.
Handelwijze:
1.
Stekkerbehuizing openen (klemnokjes).
2. Kabelbeugel (2) losdraaien en openen.
3. Kabeluiteinde over circa 50-60 mm strippen.
4. Kabelafscherming (3) tot op 5 mm inkorten en omvouwen langs de kabelmantel (1).
Extern display PR 5110/60, ../70
Minebea Intec