De functie NFC gebruiken (optioneel)
Houd de NFC-tag op uw mobiele apparaat (meestal op de
7
achterkant van uw mobiele apparaat) boven de NFC-tag (
uw printer.
Wacht een aantal seconden totdat het mobiele apparaat verbinding
heeft gemaakt met de printer.
• Op sommige mobiele apparaten bevindt de NFC-tag zich mogelijk
niet op de achterkant van het mobiele apparaat. Controleer de
locatie van de NFC-antenne op uw mobiele apparaat voordat u deze
functie gebruikt.
• Tijdens het klonen wordt het apparaat vergrendeld.
Instellingen voor draadloos
) op
U kunt de instellingen voor draadloos van uw telefoon naar uw printer
kopiëren door uw mobiele apparaat tegen de NFC-tag van uw printer te
houden.
Controleer of de functies NFC en Wi-Fi Direct zijn ingeschakeld op
1
uw mobiele apparaat en of de Wi-Fi Direct-functie is ingeschakeld op
uw printer (zie "Wi-Fi Direct voor mobiel printen instellen" op pagina
157).
Open de app Samsung Mobile Print Manager op uw mobiele
2
apparaat.
Als Samsung Mobile Print Manager niet is geïnstalleerd op uw
mobiele apparaat, gaat u naar de toepassingenwinkel (Samsung Apps,
Play Store) op uw mobiele apparaat en zoekt en downloadt u de app.
Probeer het vervolgens opnieuw.
Op het mobiele apparaat wordt het Samsung Mobile Print
3
Manager-scherm weergegeven.
Druk op Wi-Fi Setup.
2. Een via een netwerk aangesloten apparaat gebruiken
167