6 . WERKING
Apparaat inschakelen: Aan/uit-toets
6.1. METEN
Programmaselectie:
In de programmaselectie worden de beschikbare programma's in de vorm van
iconen weergegeven. U kunt hier programma's selecteren met behulp van de
Navigatietoetsen
Meetmenu:
Individuele
meetwaarde
Optionele
inforegel
fi g. 9: Schermweergave in het meetprogramma
Statusbalk:
De statusbalk geeft de status van relevante programmagegevens weer, zoals accu-status, Hold-functie, Print-
®
functie, Bluetooth
functie en gebruik van de MicroSD-kaart. Welke statusgegevens precies worden weer-
gegeven, hangt af van de bedrijfsmodus en van functie specifi eke criteria.
Informatiebalk:
De informatiebalk omvat informatie over het actuele meetprogramma, tijd en datum, etc.
Optionele inforegel:
De optionele informatieregel vermeldt extra informatie over de meetwaarde.
Gedeactiveerde meetwaarde:
Wanneer een sensor niet aangesloten, defect of nog niet klaar voor gebruik is, wordt de bijbehorende meet-
waarde weergegeven in grijs (gedeactiveerd).
10
kort indrukken.
en opstarten met behulp van de Entertoets
.
Statusbalk
Meetwaarden
Informatiebalk
fi g. 8: Programmaselectie
(Bijv.: Drukmeting)