DHW-tank
Elektrische aansluitingen
Procedure
• Schakel de voeding uit voordat u draden aansluit .
• Gebruik een thermisch vet in de thermistorholte na het installeren van de elektrische aansluitingen .
WAARSCHUWING
Aansluitingen in de schakelkast van DHW-tank
1 . Verbind de voeding van de boosterverwarming en de thermische beveiligingskabel .
2 . Zorg voor trekontlasting van de kabel .
Aansluitingen in de schakelkast van binnenunits
3 . Sluit de thermistorkabel aan op connector CNS042 op de printplaat .
4 . Sluit de voeding van de boosterverwarming en thermische beveiligingskabel (lokaal te leveren) aan op klem TB-A1 en massa
op het aansluitblok .
5 . Sluit de losse uiteinden van de TB-A1 aan op het aansluitblok en de connector CNS042 op de printplaat .
6 . Steek de connector van de thermistorkabel in socket X9A op de printplaat .
7 . Sluit de voeding van de boosterverwarming en thermische beveiligingskabel (lokaal te leveren) aan op klem 7, 8, 21, 22 en
massa op het aansluitblok .
8 . Sluit de voeding van de boosterverwarming aan op de stroomonderbreker en aardingsschroef .
9 . Bevestig de kabels met kabelbinders aan de kabelbinderbevestigingen om voor trekontlasting te zorgen .
• Het is zeer belangrijk dat de verwarming met water wordt gevuld voordat de elektriciteit wordt aangesloten want
anders is de garantie niet geldig . Als de verwarming is geïnstalleerd en niet wordt gebruikt, dient u deze een keer per
VOORZICHTIG
week met water te spoelen .
Aansluiting van de zonnecirculatiepomp voor DHW-tank
Beschrijving
Zonnepomp
ZONNEPOMP (N)
Zonnepomp
Voeding
20
EHS MONO Kit-EU_IM_05388A-04_NL.indd 20
Aantal draden
2+massa
1 . Voor de installatie dient de besturingsmodule te worden
2 . Gebruik de juiste apparatuur om de positie van het aansluitblok te
B25
B26
ZONNEPOMP (L)
3 . Het is aan de besturingsmodule om de informeren dat de pomp in
4 . De zonnepomp wordt door de hantering van de installateur
Regelaar
VOORZICHTIG
Max. A
Dikte
0,75 mm
H05RN-F of
2
10 mA
H07RN-F
uitgeschakeld .
corrigeren als afgebeeld in het schema .
werking is .
geregeld . En deze stuurt het signaal naar de besturingsmodule
naargelang de omstandigheden van de zonnepomp . In de
bedrijfsmodus is het signaal ongeveer 230 Vac B/W N&L . In de niet-
operationele modus is het signaal ongeveer 0 Vac B/W N&L .
• Maximaal toegestane stroom van elke klem bedraagt minder
dan 10 mA .
• De poorten met nummers B25, B26 zijn voor de
ingangspoort voor detectie en ze leveren geen voeding aan
een zonnepomp .
Leveringsomvang
Lokaal geleverd (230 V~,
ingang)
2016-06-23 오후 3:48:53