Instellingen
Smart Lock
U kunt het apparaat instellen om zichzelf te ontgrendelen en ontgrendeld te blijven wanneer
vertrouwde locaties of apparaten worden gedetecteerd.
Als u bijvoorbeeld uw huis als vertrouwde locatie hebt ingesteld, detecteert uw apparaat de locatie
wanneer u thuis komt en ontgrendelt automatisch.
• D eze functie is beschikbaar nadat u een schermvergrendelingsmethode hebt ingesteld.
• A ls u het apparaat vier uur lang niet gebruikt of wanneer u het apparaat inschakelt, moet
u het scherm ontgrendelen met het ingestelde patroon, de PIN-code of het wachtwoord.
1
Tik op het scherm Instellingen op Vergrendelscherm → Smart Lock.
2
Ontgrendel het scherm met de vooraf ingestelde methode voor schermvergrendeling.
3
Selecteer een optie en volg de instructies op het scherm om de instelling te voltooien.
Biometrie en beveiliging
Opties
U kunt de instellingen voor de beveiliging van het apparaat wijzigen.
Tik op het scherm Instellingen op Biometrie en beveiliging
• G ezichtsherkenning: het apparaat instellen op het ontgrendelen van het scherm na het
herkennen van uw gezicht. Raadpleeg
• V ingerafdrukscanner: registreer uw vingerafdrukken om het scherm te ontgrendelen.
Raadpleeg
Vingerafdrukherkenning
• O vergangseffect scherm: stel in dat het apparaat een overgangseffect laat zien wanneer u het
scherm ontgrendelt met uw biometrische gegevens.
Gezichtsherkenning
voor meer informatie.
191
voor meer informatie.