PARAMETERS
14
Automatische sluitingstijd vanuit gedeeltelijke opening (0 = uitgeschakeld).
. .
Configuratie uitgang knipperlicht:
15
0 = vast.
. .
1 = knipperend.
16
Tijd voorflitsen (0 = uitgeschakeld).
. .
Configuratie comfortverlichting:
0 = aan einde manoeuvre ingeschakeld voor
1 = aan als automatisering niet gesloten + duur
17
. .
2 = aan als timer comfortverlichting (
3 = verklikkerlicht automatisering open on/off.
4 = verklikkerlicht automatisering open proportioneel knipperen.
18
Tijdsduur comfortverlichting.
. .
Dodeman-modus:
19
0 = uitgeschakeld.
. .
1 = ingeschakeld.
Drempel cycli verzoek om assistentie. Als de ingestelde drempel bereikt
wordt zullen de volgende cycli uitgevoerd worden met snel knipperen (alleen
20
. .
als
0 = uitgeschakeld.
Inschakeling continu knipperen voor verzoek om assistentie (functie
uitgevoerd alleen met gesloten automatisering):
21
. .
0 = uitgeschakeld.
1 = ingeschakeld.
22
Drukstoot bij opening (0 = uitgeschakeld).
.
.
23
Drukstoot bij sluiting (0 = uitgeschakeld).
. .
Gebruikswijze elektrisch slot:
0 = uitgeschakeld of niet geïnstalleerd.
24
1 = ingeschakeld zonder activering vooraf.
. .
2 = ingeschakeld met activering vooraf.
3 = ingeschakeld en geconfigureerd als magnetische sluiting.
Gebruikswijze uitgang R1 (plug-in):
0 = uitgang niet gebruikt.
25
. .
1 = elektrisch slot (replica van de uitgang op kaart).
2 = comfortverlichting (replica van de uitgang op kaart).
26
Druk motor in sluiting, functie windbescherming.
. .
27
Mechanische ontspanningsfunctie motoren.
. .
28
ECOMODE functie (0 = uitgeschakeld).
.
.
29
Functie LANGZAME STOP (0 = uitgeschakeld).
. .
Standaardwaarden herstellen op basis van type motor:
0 = CUSTOM.
1 = XTILUS.
30
2 = INT VS.
. .
3 = MINIART.
4 = KINEO 400.
5 = HYPER.
31
Weergave geheugenplaats enkele zender.
. .
32
Verwijdering enkele zender.
. .
Verwijdering van alle zenders. Verkrijg toegang om de parameter te wijzigen
33
en houd dan de toets "MENU" ingedrukt, er zal een aftelling verschijnen die
. .
eindigt met de tekst .
34
Eerste koppeling tussen Bluetooth en besturingseenheid.
.
.
N.B. - de met grijs aangegeven parameters hangen af van de geselecteerde motor. In de tabel zijn de gegevens van de motor CUSTOM vermeld. Voor
meer informatie kan hoofdstuk 12 geraadpleegd worden.
1.
WERKING SENSOR . .
Er zijn 4 mogelijke werkingen voor de stroomsensor die de motor in stilstand detecteert:
18/24
BESCHRIJVING
actief is).
ITA
ENG
FRA
. seconden.
. .
. .) niet verlopen.
ESP
TUR
NLD
DEFAULT
MIN
MAX
CUSTOM
0
0
900
1
0
1
0
0
10
0
0
4
180
0
900
0
0
1
0
0
100
0
0
1
0
0
100
0
0
100
0
0
3
0
0
1
0
0
480
0
0
10
0
0
1
10
0
20
0
0
5
6-1622420
rev.5
EENHEID
s
s
s
x 1000
cycli
x 100ms
x 100ms
min
x 50ms
x 100ms
14/09/2021