Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Allmatic BIOS1 24V Gebruiksaanwijzing pagina 14

Inhoudsopgave

Advertenties

PARAMETERS
Amplitude vertraging.
9
P = gepersonaliseerd tijdens programmering.
0...100% = percentage van de slag.
10
Antislip / Extra tijd.
N.B. - de met grijs aangegeven parameters hangen af van de geselecteerde motor. In de tabel zijn de gegevens van de motor CUSTOM vermeld. Voor
meer informatie kan hoofdstuk 11 geraadpleegd worden.
1.
AUTOMATISCHE SLUITINGSTIJD
Actief bij automatisering in stilstand in de positie van volledige opening, de automatisering sluit na
met knipperend streepje, dat gedurende de laatste 10 seconden wordt vervangen met een aftelling. Een commando van opening of interventie van de
fotocellen zorgt ervoor dat het tellen opnieuw start.
2.
SLUITINGSTIJD NA DOORGANG
Als tijdens opening of tijdens de fase van volledige opening, de straal van de fotocellen geblokkeerd werd en vervolgens weer vrijkomt, zal de
automatisering weer sluiten na
met knipperend streepje, dat gedurende de laatste 10 seconden wordt vervangen met een aftelling.
3.
GEVOELIGHEID VOOR OBSTAKELS OP NORMALE SNELHEID
Stel de gevoeligheid voor obstakels zo af dat een correcte werking van de automatisering wordt verkregen, waarbij in geval van obstakel opgetreden moet
worden maar tegelijkertijd beweging ook in slechte omstandigheden wordt gegarandeerd (bijv. winter, verharding van de motoren door slijtage, enz.). Het
wordt aangeraden na afstelling van de parameter een volledige beweging (opening en sluiting) uit te voeren alvorens interventie op obstakel te controleren.
Lagere waarden komen overeen met een grotere stuwkracht op het obstakel.
Een interventie vanwege obstakel stopt de automatisering en keert de beweging kort om.
4.
GEVOELIGHEID VOOR OBSTAKELS OP VERTRAGINGSSNELHEID 
Stel de gevoeligheid voor obstakels bij vertraging zo af dat een correcte werking van de automatisering wordt verkregen, waarbij in geval van obstakel
opgetreden moet worden maar tegelijkertijd beweging ook in slechte omstandigheden wordt gegarandeerd (bijv. winter, verharding van de motoren
door slijtage, enz.). Het wordt aangeraden na afstelling van de parameter een volledige beweging (opening en sluiting) uit te voeren alvorens interventie
op obstakel te controleren.
Lagere waarden komen overeen met een grotere stuwkracht op het obstakel.
Een interventie vanwege obstakel stopt de automatisering en keert de beweging kort om.
5.
NORMALE SNELHEID
Stel de normale snelheid zo af dat een correcte werking van de automatisering wordt gegarandeerd. Het is mogelijk om het snelheidspercentage af te
stellen van een minimum van 50% tot een maximum van 100%.
LET OP - na deze parameter te hebben gewijzigd is het nodig een nieuwe programmering van de slagen uit te voeren.
6.
VERTRAGINGSSNELHEID
Stel de vertragingssnelheid zo af dat een correcte werking van de automatisering wordt gegarandeerd. Het is mogelijk om het snelheidspercentage af
te stellen van een minimum van 10% tot een maximum van 100% van de normale snelheid
LET OP - na deze parameter te hebben gewijzigd is het nodig een nieuwe programmering van de slagen uit te voeren.
7.
CONFIGURATIE STAP VOOR STAP (SS)
Er kunnen 5 werkingsmodi worden ingesteld voor het commando SS:
=  normaal (OP-ST-CL-ST-OP-ST-CL-...).
Typische werking Step by Step. Tijdens de beweging leidt een druk op SS tot het stoppen van de automatisering.
=  afgewisseld STOP (OP-ST-CL-OP-ST-CL-...).
Afgewisselde werking met STOP in openingsfase. Tijdens de beweging in de openingsfase, leidt een druk op SS tot het stoppen van de automatisering.
=
afgewisseld (OP-CL-OP-CL-...).
De gebruiker kan de automatisering niet stoppen met het commando SS.
Een commando SS tijdens beweging keert de beweging om.
=
condominium – timer.
Het commando SS bedient uitsluitend de automatisering. Als het commando aanhoudt met automatisering open, zal er gewacht worden tot deze
weer vrijgegeven wordt alvorens te beginnen met de eventuele tijdsturing voor automatische sluiting (indien actief), door in deze fase nogmaals
het SS commando te geven zal aftelling voor automatische sluiting weer starten.
=
condominium met onmiddellijke sluiting.
Zoals condominium – timer (voorgaande punt) maar tijdens aftelling zal een SS commando de automatisering sluiten.
8.
GEDRAG NA STROOMSTORING
Bij het herstarten van de bedieningseenheid, nadat de stroom weggeweest is, wordt het gedrag van de bedieningseenheid bepaald door de parameter
=  geen actie – bij de herstart zal de automatisering in stilstand blijven tot er een commando van de gebruiker wordt ontvangen. De eerste
beweging is in opening.
=  sluiting – de net herstarte stuurkast, geeft zelfstandig opdracht tot sluiting.
9.
AMPLITUDE VERTRAGING
Met deze parameter kan de amplitude van de vertragingen en eventueel hun uitsluiting (
vertragingen wenst tussen opening en sluiting, is het mogelijk om de parameter
te stellen waarbij de gewenste beginpunten vertraging aangegeven worden.
10. ANTISLIP / EXTRA TIJD
Parameter om eventuele slip van de motor te compenseren, er worden
volledige beweging van de automatisering onder alle omstandigheden.
14/20
BESCHRIJVING
seconden te hebben gewacht, na de positie van volledig opening bereikt te hebben. In deze fase toont het display
ITA
ENG
=  ) worden ingesteld. Indien men preciezere of andere
op
(gepersonaliseerd) in te stellen en programmering slag in
seconden toegevoegd aan de bewegingstijden om zich te verzekeren van
FRA
ESP
NLD
TUR
DEFAULT
MIN
CUSTOM
20
0
15
0
seconden. In deze fase toont het display 
.
6-1622400
rev. 8
MAX
EENHEID
100
%
300
s
:
19/01/2022

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Gerelateerde Producten voor Allmatic BIOS1 24V

Inhoudsopgave