Het is verboden om het toestel tijdens het vliegen te gebruiken. Schakel het toestel uit
voordat u aan boord van een vliegtuig stapt. Het gebruik van draadloze communicatieap-
paratuur in een vliegtuig kan gevaar opleveren voor de veiligheid in de lucht en de tele-
communicatie verstoren. Bovendien kan het onwettig zijn.
Uw toestel is een technisch geavanceerd product dat uiterst zorgvuldig moet worden be-
handeld. Bij nalatigheid kan de garantie komen te vervallen.
•
Bescherm het toestel tegen vocht. Regen, sneeuw, vocht en andere vloeistoffen kun-
nen stoffen bevatten waardoor elektronische circuits gaan roesten. Als het apparaat
nat wordt, moet u het onmiddellijk uitschakelen, de batterij verwijderen en het appa-
raat volledig laten drogen voordat u de batterij terugplaatst.
•
Gebruik en bewaar het toestel niet in een stoffige, vuile omgeving. Hierdoor kunnen
de bewegende en elektronische onderdelen van het toestel worden beschadigd.
•
Bewaar het toestel niet op een warme plek. Door hoge temperaturen kan de levens-
duur van elektronische apparatuur worden verkort, kunnen batterijen beschadigd ra-
ken en kunnen bepaalde kunststoffen vervormen of smelten.
Bewaar het toestel niet op een koude plek. Wanneer het toestel vervolgens weer op
•
temperatuur komt, kan er inwendig condensvorming optreden, waardoor de elektro-
nische circuits kunnen worden beschadigd.
Probeer het toestel niet te openen op een andere wijze dan vermeld in deze
•
gebruiksaanwijzing.
Laat het toestel niet vallen en schud het ook niet. Door een ruwe behandeling kun-
•
nen de circuits en precisiemechanismen defect raken.
Gebruik geen sterke chemicaliën om het toestel te reinigen.
•
U mag de producten niet demonteren, openen, pletten, verbuigen, vervormen, door-
•
boren of versnipperen.
•
U mag de batterij niet modificeren of reviseren of proberen vreemde voorwerpen in
de batterij te steken. U mag de batterij ook niet onderdompelen in of blootstellen
aan water, of blootstellen aan brand, explosie of ander gevaar.
Gebruik de batterij uitsluitend voor het systeem waarvoor het is gespecificeerd.
•
Gebruik de batterij uitsluitend met een oplaadsysteem dat voor het systeem is goed-
•
gekeurd overeenkomstig IEEE-Std-1725. Bij gebruik van een niet-goedgekeurde batte-
rij of lader bestaat er mogelijk een risico op brand, explosie, lekkage of ander gevaar.
•
U mag een batterij niet kortsluiten en u moet voorkomen dat metalen geleidende
voorwerpen contact kunnen maken met de batterijaansluiting.
•
Vervang de batterij uitsluitend door een batterij die voor het systeem is goedgekeurd
overeenkomstig de norm IEEE-Std-1725. Bij gebruik van een niet-goedgekeurde bat-
terij bestaat er mogelijk een risico op brand, explosie, lekkage of ander gevaar.
Gebruik nooit een beschadigde of gezwollen batterij. Breng de batterij naar een servi-
•
cepunt of uw dealer voor inspectie voordat u hem blijft gebruiken. Een beschadigde
of gezwollen batterij kan brand, explosie, lekkage of andere risico's met zich
meebrengen.
Nederlands
Verzorging en onderhoud
38