KALIBRERING
Voor een optimale weergaveprestatie moet u regelmatig kalibreren.
Er bestaan twee verschillende soorten kalibrering (snelkalibrering
en volledige kalibrering). Welke kalibrering wordt verricht, hangt af
van de ingestelde modus.
U kunt kiezen uit drie modi:
Functie
A
Automatische nakalibrering
Het apparaat kalibreert zich in het
huidige gebruik continu zelf.
M
Handmatige kalibrering
Desgewenst kunt u de snelkalibrering
handmatig activeren. De instellingen
blijven behouden tot aan de volgende
realisering.
B
Er wordt altijd een volledige
kalibrering verricht.
MODUS KIEZEN
▸
Menukeuzetoets lang indrukken
• Het lijsten-menu verschijnt.
▸
Met behulp van de
Calibration mode
Calibration mode
▸
Druk de menukeuzetoets herhaaldelijk in, tot de gewenste
-knop indrukken
[+]
instelling verschijnt
▸
Menukeuzetoets lang indrukken
-
• De instelling wordt opgeslagen. Het apparaat keert terug naar
Snelkalibrering
Volledige kalibrering
-knop en
[+]
[-]
navigeren
de waarnemingsmodus.
-knop naar de menuoptie
NL
19