De verschillende bedrijfsmodi
Vergrendeld (Uit) 01
De deur draait naar de beginstand. Als een elektromechanisch slot is gemonteerd, wordt dit geacti-
veerd. De deur kan met de sleutelimpulsschakelaar worden geopend; zie
Sleutelimpulsschakelaar
(optie) op pagina
13.
Let op: Als de deur in een vluchtroute is geplaatst, kunt u de bedrijfsmodus Vergrendeld selecteren
of de AAN/UIT-schakelaar in de stand UIT (0) zetten om de vluchtfunctie standaard uit te schakelen.
De deur kan echter zodanig worden geconfigureerd dat een vluchtfunctie wel mogelijk is, ook als
de deur vergrendeld is. Zie
De configuratie van de break-outfunctie controleren
op pagina18.
ILL-00180
Sleutelimpulsschakelaar
Automatisch bedrijf 02
De deur staat in de stand-bystand als er geen verkeer is. Zodra de buitenste of binnenste activerings-
eenheden naderend verkeer registreren, gaat de deur draaien.
ILL-00189
Continue rotatie 06
De deur draait bij lage snelheid. Zodra de buitenste of binnenste activeringseenheden naderend
verkeer registreren, accelereert de deur naar normale snelheid. De deur gaat weer op lage snelheid
draaien als er geen verkeer is.
ILL-00190
Handbediening Reinigingsstand 07
De deur draait vooruit zolang de toets + wordt ingedrukt en achteruit zolang de toets - wordt inge-
drukt.
Let op: Tijdens handbediening zijn de veiligheidsvoorzieningen uitgeschakeld.
14
Versie 2022-09-15
1015354-nl-NL-2.0