8. ONDERHOUD
Wij adviseren om de regelaar te controleren en om de zes maanden te reinigen, alhoewel de exacte intervallen
moeten worden aangepast aan de bedrijfsomstandigheden. Wij adviseren om de regelaar één keer per jaar gron-
dig te reinigen.
U kunt de regelaar reinigen met een stofzuiger, borstel, doek en zeepsop (uitsluitend aan de buitenkant; houd u
aan processen en vereisten voor het omgaan met elektrische apparaten).
Gebruik bij het reinigen van de regelaar geen scherpe voorwerpen, agressieve chemicaliën, oplosmiddelen, schu-
rende reinigingsmiddelen, waterstralen onder druk, perslucht of stoom.
9. PROBLEEMOPLOSSING
Omschrijving
44 - Ventilator
storing
45 - Benodigd
onderhoud/vervuild
filter
46 - Verwarming
storing
47 - Storing van de
outdoor tempera-
tuursensor (45, 46)
48 - Storing tempe-
ratuursensor afvoer-
lucht (49,50)
49 - Storing tempe-
ratuursensor lucht-
toevoer (51, 52)
60 - Storing van
watersensor van de
circulatiewarmtewis-
selaar (53, 54)
61 - Storing ruim-
telijke temperatuur-
sensor (55, 56)
Apparaat
Waarschijnlijk probleem
werkwijze
Apparaat
Oververhitte ventilator of
werkt niet
thermische contactstoring
van de aanzuigventilator
Apparaat
Filter of ingestelde vervan-
werkt
gingstijd is bereikt
Apparaat
Verwarming defect
werkt niet
Apparaat
Defecte temperatuursensor
werkt niet
op connectors 45, 46
Apparaat
Defecte temperatuursensor
werkt niet
op connectors 49, 50
Apparaat
Defecte temperatuursensor
werkt niet
op connectors 51, 52
Apparaat
Defecte temperatuursensor
werkt niet
op connectors 53, 54
Apparaat
Defecte temperatuursensor
werkt niet
op connectors 55, 56
2VV. Creating innovative solutions for you and your business since 1995.
Oplossing
Bepaal de oorzaak van de oververhitting van de
motor (defecte lagering, mechanische defect,
kortsluiting, enz.) of vervang de motor. Contro-
leer de aansluiting van de thermische contacten
van de motor op de regelaar.
Filter vervangen. Vergeet niet om na vervanging
van het filter in MENU 1616 - de FILTERTIMER te
RESETTEN
Controleer de verwarming en de status van de
veiligheidsthermostaat. Is een goede koeling van
de verwarming gewaarborgd?
Controleer de werking van de motor.
Controleer of de sensor op de juiste manier is
aangesloten op de elektronica, test indien van
toepassing de sensorfunctie met behulp van
weerstandsmeting (de weerstand bedraagt bij
+20°C ongeveer 10kW)
Controleer of de sensor op de juiste manier is
aangesloten op de elektronica, test indien van
toepassing de sensorfunctie met behulp van
weerstandsmeting (de weerstand bedraagt bij
+20°C ongeveer 10kW)
Controleer of de sensor op de juiste manier is
aangesloten op de elektronica, test indien van
toepassing de sensorfunctie met behulp van
weerstandsmeting (de weerstand bedraagt bij
+20°C ongeveer 10kW)
Controleer of de sensor op de juiste manier is
aangesloten op de elektronica, test indien van
toepassing de sensorfunctie met behulp van
weerstandsmeting (de weerstand bedraagt bij
+20°C ongeveer 10kW)
Controleer of de sensor op de juiste manier is
aangesloten op de elektronica, test indien van
toepassing de sensorfunctie met behulp van
weerstandsmeting (de weerstand bedraagt bij
+20°C ongeveer 10kW)
21