Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Instellingen; Triggerinstellingen (Trigger); Padtype Aangeven; Instellingen Voor Digitale Pads - Roland V-Drums TD-50 Referentiehandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor V-Drums TD-50:
Inhoudsopgave

Advertenties

Instellingen

Triggerinstellingen (TRIGGER)

Ziehier de parameter waarmee u zorgt dat de signalen van de pads
naar behoren door de TD-50 worden geïnterpreteerd.

Padtype aangeven

Voor elke aangesloten pad moet u aangeven welk model (en type)
u gebruikt. Er zijn meerdere triggerbanken.
Triggertype
Het triggertype is een verzameling van triggerparameters,
die voor elke pad zijn aangepast naar geschikte waarden.
Om de optimale instellingen te verkrijgen voor de pad, die
wordt gebruikt met elke triggeringang, moet u het model
(type) van de aangesloten pad aangeven.
Triggerbank
Een triggerbank bevat een instellingsgeheel voor 14 triggers.
U kunt 8 triggerbanken programmeren.
Referentie
Zie de "Data List" (PDF) voor meer details over de parameters.
1
Druk op de [TRIGGER]-knop.
2
Druk op de PAGE [UP]-knop om naar pagina 1
(TRIG BASIC) te gaan.
3
Druk op de [F1]-knop (BANK).
De "TRIGGER BANK"-pagina verschijnt.
Triggerbanknummer
Triggertype
4
Verplaats de cursor naar het nummer van de triggerbank
en kies met de [–]/[+]-knoppen de gewenste bank.
5
Sla op de pad waarvan u de instellingen wilt wijzigen
(p. 20).
U kunt de ingang ook met de cursorknoppen selecteren.
Pad
Verklaring
K
KICK
S
SNARE
T1~4
TOM1~4
HH
HI-HAT
C1, 2
CRASH1, 2
R
RIDE
A1~4
AUX1~4
6
Kies met de [–]/[+]-knoppen of het datawiel het juiste
triggertype.
* Het triggertype van digitale pads kan niet worden gewijzigd.
Memo
Wanneer u een ander triggertype kiest, worden de meeste
bijhorende parameters (met uitzondering van "Cross-Stick Can-
cel"*) automatisch op de optimale waarden ingesteld. Indien
nodig, kunt u die instellingen vervolgens wijzigen om een nóg
betere respons van de betreffende pad te verzekeren.
* Zie de "Data List" (PDF) voor meer details.

Instellingen voor digitale pads

Wanneer u een digitale pad voor het eerst op een DIGITAL TRIGGER
IN-poort aansluit, beeldt het display een pagina af waar u de pad
aan een "Assign"-bestemming kunt toewijzen (p. 9).
U kunt de bestemming op een later tijdstip echter opnieuw
wijzigen.
* Wanneer u een "Assign"-bestemming kiest, die al aan een
TRIGGER IN-connector is toegewezen, wordt het betreffende
TRIGGER IN-signaal genegeerd.
* Tijdens het laden van de fabrieksinstellingen worden de aansl-
uitgegevens en instellingen van de digitale pads geïnitialiseerd.
1
Druk op de [TRIGGER]-knop.
2
Druk op de PAGE [UP]-knop om naar pagina 1
(TRIG BASIC) te gaan.
3
Druk op de [F2]-knop (DIGITAL).
De "DIGITAL TRIGGER IN"-pagina verschijnt.
Aangesloten pad
4
Kies met de cursorknoppen de pad, die u wilt toewijzen
en wijs er met de [–]/[+]-knoppen of het datawiel de
"Assign"-bestemming aan toe.
U kunt een pad ook selecteren door erop te slaan.
Indien de gekozen pad geen instrument mag aansturen, moet u
"Assign" op "N/A" zetten.
* Elke "Assign"-bestemming kan maar door één pad worden
aangestuurd.
Toewijzing
35

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave