Inhoudsopgave
Advertenties
Indirecte hoogtemeting (Pythagoras)
Via deze methode kan de lengte van een onbekend traject via
de stelling van Pythagoras worden bepaald. De methode is bijv.
geschikt voor hoogtemetingen.
Het meetresultaat wordt door het bepalen van de afstanden
A en B berekend.
A
1. Druk een aantal keren op de toets (13) tot het symbool
voor de indirecte meting ( ) op het display verschijnt.
ð De bovenste balk (hypotenusa) knippert.
2. Richt het apparaat eerst op het hoogste punt (A) en druk
één keer kort op de toets (7), voor het uitvoeren van
een meting. Houd het apparaat hierbij zo stil mogelijk en
plaats het met de beide achterkanten vlak op de
ondergrond. De aanslag op de beide achterkanten mag
tijdens de metingen niet wijzigen!
ð De lengte van het traject wordt op de weergave
meetwaarde 1 (17) weergegeven.
3. Het apparaat met een waterpas horizontaal op het
onderste meetpunt (punt B) uitlijnen en één keer op de
toets
drukken, voor het meten van de horizontale
afstand.
ð De tweede meetwaarde wordt op de weergave
meetwaarde 2 (18) weergegeven.
ð Het te bepalen traject wordt als resultaat op de onderste
meetwaardeweergave (20) weergegeven.
NL
B
laserafstandsmeetapparaat BD22
Tweevoudige indirecte hoogtemeting
Deze methode is bijv. geschikt voor hoogtemetingen, als u niet
op hetzelfde niveau staat als het voetpunt.
Het meetresultaat wordt door het bepalen van de afstanden
A, B en C berekend.
1. Druk een aantal keren op de toets (13), tot het symbool
voor de tweevoudige indirecte meting ( ) op het display
verschijnt.
2. Richt het apparaat eerst op het hoogste punt (C) en druk
één keer kort op de inschakel-/meettoets (7), voor het
uitvoeren van een meting. Houd hierbij het apparaat zo stil
mogelijk. Het apparaat moet tijdens de metingen op het
referentiepunt gericht blijven!
ð De lengte van het traject wordt op de weergave
meetwaarde 1 (17) weergegeven.
3. Richt het apparaat horizontaal (punt B) en druk één keer op
de toets (7), voor het meten van de horizontale afstand.
ð De tweede meetwaarde wordt op de weergave
meetwaarde 2 (18) weergegeven.
4. Richt het apparaat op het laagste punt (A) en druk één keer
kort op de toets , voor het uitvoeren van een meting.
ð De derde meetwaarde wordt op de weergave
meetwaarde 3 (19) weergegeven.
ð Het te bepalen traject wordt als resultaat in de onderste
meetwaardeweergave (20) weergegeven.
C
B
A
9
Advertenties
Inhoudsopgave
