Uw telefoon in gebruik nemen
Gebruik met batterijen
In plaats van uw telefoon aan te sluiten op het stroomnet, kunt u ook batterijen gebruiken
(indien uw telefoon bijvoorbeeld te ver staat van een stopcontact van 230 V).
–
+
–
1
+
–
+
Nota
• Maak om veiligheidsredenen altijd eerst de netwerkkabel los voor u
het batterijenvak opent.
• Voor de voeding van uw telefoon gebruikt u OFWEL de netvoeding OFWEL de
batterijen, nooit de twee samen, anders verschijnt de foutmelding «Voedings-
probleem! Verwijder de batterijen» en laat het bieptonen horen.
• Gebruik enkel Alkaline AA standaardbatterijen.
• Gebruik geen heroplaadbare batterijen, omdat in dit geval bepaalde functies
niet meer correct zouden kunnen werken.
• Wanneer de batterijen leeg zijn, schakelt de telefoon automatisch over naar
noodtoestand (zie hoofdstuk «Noodtoestand»). Er is nog een beperkt aantal
functies bruikbaar.
• De levensduur van uw batterijen in standby-modus («Eco»-modus) en in gespreks-
modus bedraagt meer dan 6 maanden bij een normaal gebruik van de telefoon.
• De functies «handenvij» en SMS en de achtergrondverlichting van het scherm
vragen meer energie van uw batterijen, die dan ook sneller leeg zullen raken.
• Door de achtergrondverlichting van het scherm uit te schakelen, verlengt u de
levensduur van uw batterijen (zie hoofdstuk «Configuratie, Scherm, Verlichting»).
• Wanneer de telefoon op batterijen werkt worden tijd, datum en PhoneMail niet
weergegeven. Ook zijn de functies «Wekker» en «Afspraak» UITGESCHAKELD.
Verwijder het dekseltje van het batterijenvak
door met uw nagel of een hard voorwerp,
bijvoorbeeld een balpen of de punt van een
schroevendraaier, op het pennetje te drukken.
Plaats drie AA LR6 batterijen van 1,5 V in het
batterijenvak
en let hierbij op de polariteit.
Sluit het batterijenvak.
11