De functie Aanraaksluiter instellen
De functie Aanraaksluiter instellen
z [Touch Shutter]
[Touch Shutter]
z
Submenu 2
Er wordt scherpgesteld op het
On
onderwerp dat wordt aangeraakt en
de foto wordt automatisch gemaakt.
Voor het aangeraakte onderwerp
Off
wordt de scherpstelling vergrendeld.
(Druk de ontspanknop handmatig in.)
● Deze instelling kan ook worden gewijzigd door het
paneel aan te raken. "Gebruik voor de fotostand"
(Blz. 9)
Het scherpstelgebied selecteren
Het scherpstelgebied selecteren
z [AF Mode]
[AF Mode]
z
Submenu 2
De camera stelt automatisch
scherp. (Wanneer een gezicht wordt
gedetecteerd, wordt dit aangegeven
met een wit kader
Face/iESP
half wordt ingedrukt en de camera
scherpstelt, wordt het kader groen
geen gezicht wordt gedetecteerd, kiest
de camera een onderwerp in het kader
en stelt hij automatisch scherp.)
De camera stelt scherp op
Spot
het onderwerp dat zich in het
autofocusteken bevindt.
De camera volgt automatisch de
AF Tracking
bewegingen van het onderwerp zodat
er voortdurend op wordt scherpgesteld.
Voor sommige onderwerpen verschijnt het kader
*1
niet of niet onmiddellijk.
Als het kader rood knippert, kan de camera niet
*2
scherpstellen. Probeer opnieuw scherp te stellen
op het onderwerp.
34 NL
Toepassing
Toepassing
; als de ontspanknop
*1
*2
. Als
Blijven scherpstellen op een bewegend
Blijven scherpstellen op een bewegend
onderwerp (AF Tracking)
onderwerp (AF Tracking)
1 Beweeg de camera tot het autofocusteken op
het onderwerp is gericht en druk op de knop A.
2 Wanneer de camera het onderwerp herkent,
volgt het autofocusteken de bewegingen van het
onderwerp automatisch zodat er voortdurend op
wordt scherpgesteld.
3 Om de volgfunctie te annuleren, drukt u op de
knop A.
● Afhankelijk van het onderwerp of de
opnameomstandigheden is het mogelijk dat de
camera de focus niet kan vergrendelen of er niet
in slaagt de bewegingen van het onderwerp te
volgen.
● Als de camera er niet in slaagt de bewegingen van
het onderwerp te volgen, wordt het autofocusteken
rood.
De methode selecteren om de
De methode selecteren om de
helderheid te meten
helderheid te meten z
Submenu 2
Hiermee krijgt u een evenwichtige
helderheid over het volledige scherm
ESP
(meet de helderheid in het midden
en in de omliggende zones van het
scherm afzonderlijk).
Fotografeert het onderwerp in het
midden bij tegenlicht (meet de
5 (spot)
helderheid in het midden van het
scherm).
● Als [ESP] ingesteld is, kan het midden van het
beeld donker zijn wanneer met veel tegenlicht
wordt gefotografeerd.
n ] ]
z [ESP/
[ESP/n
Toepassing