Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Nibe F1355 Bedieningshandleiding pagina 17

Verberg thumbnails Zie ook voor F1355:
Inhoudsopgave

Advertenties

Door een externe schakelaar aan te sluiten, bijvoorbeeld
een kamerthermostaat of een timer, kan de kamertem-
peratuur tijdelijk of periodiek worden verhoogd of ver-
laagd. Als de schakelaar is aangesloten, wordt de ver-
schuiving van de stooklijn of koelcurve gewijzigd met
het aantal stappen dat in het menu is geselecteerd. Als
er een ruimtesensor is geïnstalleerd en geactiveerd, is
de gewenste kamertemperatuur (°C) ingesteld.
Als er meer dan één afgiftesysteem is, kan de instelling
afzonderlijk worden verricht voor ieder systeem.
MENU 1.9.3 - MIN. AANVOER TEMP.
verwarming
Instelbereik: 5-70 °C
Standaardwaarde: 20 °C
koeling (accessoire vereist)
Afhankelijk van het gebruikte accessoire kan het in-
stelbereik variëren.
Fabrieksinstelling: 18 °C
In menu 1.9.3 kiest u verwarmen of koelen, in het vol-
gende menu (min. aanvoertemp. verwarmen/koelen)
stelt u de minimumtemperatuur in voor de aanvoertem-
peratuur naar het klimaatsysteem. Dit betekent dat de
F1355 nooit een lagere temperatuur berekent dan de
hier ingestelde temperatuur.
Als er meer dan één afgiftesysteem is, kan de instelling
afzonderlijk worden verricht voor ieder systeem.
TIP
De waarde kan worden verhoogd als u, bijvoor-
beeld, een kelder hebt die u altijd wilt verwar-
men, zelfs in de zomer.
U moet mogelijk ook de waarde in "stop verwar-
ming" menu 4.9.2 "instelling modus auto" ver-
hogen.
MENU 1.9.4 - INSTELLINGEN RUIMTESEN-
SOR
factor systeem
verwarming
Instelbereik: 0,0 - 6,0
Fabrieksinstelling verwarming: 1,0
koeling (benodigde accessoire)
Instelbereik: 0,0 - 6,0
Fabrieksinstelling koeling: 1,0
Ruimtevoelers voor het regelen van de kamertempera-
tuur kunnen hier worden geactiveerd.
NIBE F1355
LET OP!
Een langzaam verwarmingssysteem, zoals bij-
voorbeeld een vloerverwarming, is mogelijk
niet geschikt voor regeling met behulp van de
ruimtesensoren van de installatie.
Hier kunt u een factor instellen (een numerieke waarde),
die bepaalt in welke mate een over- of subnormale
temperatuur (het verschil tussen de gewenste en de
huidige kamertemperatuur) in de ruimte van invloed is
op de aanvoertemperatuur naar het afgiftesysteem. Een
hogere waarde levert een grotere en snellere verande-
ring van de stooklijnverschuiving op.
Voorzichtig!
Een te hoog ingestelde waarde voor "factorsys-
teem" kan (afhankelijk van uw afgiftesysteem)
resulteren in een instabiele kamertemperatuur.
Indien er meerdere afgiftesystemen geïnstalleerd zijn,
kunnen de bovengenoemde instellingen worden verricht
voor de betreffende systemen.
MENU 1.9.5 - INSTELLINGEN KOELING (AC-
CESSOIRE VEREIST)
koel/verw-sensor
Fabrieksinstelling: geen sensor geselecteerd
inst pt-wrd koel/verw-sensor
Instelbereik: 5 - 40 °C
Standaardwaarde: 21
verw. bij ondertemp. kamer
Instelbereik: 0,5 - 10,0 °C
Standaardwaarde: 1,0
koeling bij overtemp. kamer
Instelbereik: 0,5 - 10,0 °C
Standaardwaarde: 3,0
larm rumsgivare kyla
Instelbereik: aan/uit
Fabrieksinstelling: uit
Hoofdstuk 3 | Regeling - Menu's
17

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave