Aanwijzingen
Het programma wordt met het
■
afpompen van het water en met het
centrifugeren van het wasgoed
voortgezet (het standaard-
centrifugetoerental kan tevoren
gewijzigd worden).
Als alleen het water afgepompt moet
■
worden ca. 1 minuut na de
programmastart de toets
Start/Reload I (Start/bijvullen)
indrukken, voordat het centrifugeren
begint. Het programma wordt
onderbroken en de
deurvergrendeling wordt opgeheven.
Het wasgoed kan uit de trommel
gehaald worden.
Wanneer in het display Hot (heet)
■
knippert, voordat het
droogprogramma is beëindigd, dan
is de temperatuur in de trommel
hoog. Het programma voor het
afkoelen van de trommel wordt
uitgevoerd, totdat de temperatuur in
de trommel is verlaagd.
Het anti-kreuk proces start na
■
afronding van het droogproces, om
kreuk van het wasgoed te
voorkomen, wanneer u het wasgoed
niet tijdig uit de machine neemt. Het
proces duurt ca. 30 minuten.
0:00 wordt op het tijddisplay
weergegeven en het symbool Ó
wordt als statussymbool
weergegeven. U kunt op elke
willekeurige knop drukken of de
programmaknop naar een andere
positie draaien om dit proces te
beëindigen. Dan wordt de deur
vrijgegeven en kan het wasgoed
worden uitgenomen.
Apparaat bedienen
Na het wassen/drogen
Vuldeur openen en wasgoed eruit
1.
halen.
Programmakiezer op $ Off (Uit)
2.
zetten. Het apparaat wordt
uitgeschakeld.
Kraan dichtdraaien.
3.
Niet nodig bij modellen met
Aquastop.
Aanwijzingen
Geen wasgoed in de trommel
■
vergeten. Deze kunnen bij de
volgende wasbeurt verkleuren of een
ander stukken doen verkleuren.
Eventueel aanwezige voorwerpen uit
■
de trommel en de rubbermanchet
verwijderen – roestgevaar.
Vuldeur en wasmiddellade open
■
laten zodat het restwater kan
opdrogen.
Altijd wasgoed eruit halen.
■
Altijd het programma-einde
■
afwachten, omdat anders het
apparaat nog vergrendeld kan zijn.
Vervolgens het apparaat inschakelen
en wachten op de ontgrendeling.
Wanneer het display na afloop van
■
het programma niet verlicht is, dan is
de energiebesparingsmodus actief.
Om het te activeren kiest u een
willekeurige toets.
nl
19