Menutabbladen
4.
PPPoE
5.
SNMP
6.
802,1 x
7.
QoS (Quality of
Service)
8.
FTP
9.
UPnP
10.
E-mail
11.
NAT
12.
HTTPS
U definieert de TCP/IP-parameters als volgt:
1. Klik in de menuwerkbalk op
TCP/IP.
2. Configureer de NIC-instellingen, inclusief het NIC-type, IPv4-instellingen, IPv6-
instellingen, MTU-instellingen, en het multicast-adres.
3. Indien er een DHCP-server beschikbaar is, vink dan DHCPaan.
4. Indien de DNS-serverinstellingen vereist zijn voor bepaalde toepassingen (bijv. het
versturen van e-mail), moet u de
Alternate DNS Server
16
Beschrijving
ezDDNS: Activeer de DDNS auto-detectiefunctie om een dynamisch IP-
adres in te stellen. De server is ingesteld om een beschikbare hostnaam
aan uw recorder toe te wijzen.
IPServer: Voer hier het adres van de IP-server in.
Zie pagina 17 voor meer informatie over de installatie.
Hiermee wordt een dynamisch IP-adres opgehaald. Zie pagina 17 voor
meer informatie over de installatie.
SNMP is een protocol voor het beheren van apparaten op netwerken.
Schakel SNMP in om gerelateerde informatie over de camerastatus en -
parameter te verkrijgen. Zie pagina 18 voor meer informatie over de
installatie.
Wanneer deze functie is ingeschakeld, zijn de cameragegevens beveiligd
en is gebruikersverificatie vereist wanneer u de camera op het netwerk
aansluit. Zie pagina 18 voor meer informatie over de installatie.
QoS (Quality of Service) kan netwerkvertragingen en -overbelasting
voorkomen door de prioriteit van verzonden gegevens te configureren.
Schakel de optie in om netwerkvertragingen en -overbelasting op te
lossen door de prioriteit van verzonden gegevens te configureren.
Zie pagina 18 voor meer informatie over de installatie.
Geef het FTP-adres en de FTP-map op waarnaar momentopnamen van
de camera geüpload kunnen worden. Zie pagina 19 voor meer informatie
over de installatie.
Met het UPnP (Universal Plug and Play) protocol kunnen apparaten
naadloos worden aangesloten en wordt de implementatie van netwerken
thuis of in bedrijven vereenvoudigd. Als de functie ingeschakeld is, hoeft u
de poorttoewijzing van elke poort niet te configureren en wordt de camera
via de router op het WAN aangesloten.
Hier kunt u de gedetecteerde beschrijvende naam inschakelen en
instellen.
Zie pagina 20 voor meer informatie over de installatie.
Geef het e-mailadres op waar berichten naartoe worden gestuurd
wanneer er een alarm is. Zie pagina 20 voor meer informatie over de
installatie.
Een NAT (Network Address Translation) wordt gebruikt voor
netwerkverbinding. Selecteer de modus voor poorttoewijzing: auto of
handmatig. Zie pagina 21 voor meer informatie over de installatie.
Hier wordt authenticatie van de website opgegeven en de geassocieerde
webserver die beschermt tegen Man-in-the-middle-aanvallen.
Configuration
Preferred DNS Server
(Alternatieve DNS-server) configureren.
(Configuratie) >
Network
(Voorkeurs-DNS-server)
Configuratiehandleiding TruVision 4 Series IP-camera
(Netwerk) >
of