Download Print deze pagina

VDH MC 885-SDHL Handleiding pagina 7

Spuiten/drogen hoog/laag

Advertenties

* Alarmen.
Naast de basis regeling beschikt de regelaar over een minimum en maximum alarm detectie.
Met parameters is in te stellen op welke temperatuur (P50/P60), in welke mode (P51/P61), bij welke
temperatuur (P52/P62), met welke differentie (P53/P63) en tijdsvertraging (P54/P64) de alarmen in werking
moet treden.
Als er een alarm optreedt brandt de LED boven de RESET ALARM toets. In het bovenste display worden
de alarm meldingen weergegeven.
Met de RESET ALARM toets kunnen de alarmen een voor een worden gereset. Als alle alarmen zijn
gereset dooft de LED boven de RESET ALARM toets.
Met parameters is in te stellen wat er bij de verschillende alarmen dient te gebeuren (P55/P65).
In het bovenste display kunnen de volgende alarm meldingen verschijnen:
Lo - Minimum alarm
Hi - Maximum alarm
E1 - Voeler-1 defect
E2 - Voeler-2 defect
Oplossing E1, E2:
- Controleer of voeler goed is aangesloten
- Controleer voeler (100Ω @ 0°C)
- Vervang voeler
Een alarm situatie is opgeheven als de oorzaak is weggenomen en het alarm is gereset met de RESET
ALARM toets.
Voor het minimum en maximum alarm kan met parameters (P56/P66) automatisch resetten worden
ingesteld. De betreffende alarm situatie wordt dan automatisch opgeheven als de oorzaak van de fout is
weggenomen. Een reset alarm met de RESET ALARM toets is dan niet nodig.
Nadat alle alarmen zijn gereset wordt de temperatuur weer in het bovenste display getoond, afgewisseld
met eventuele alarmmeldingen waarvan de oorzaak nog niet is weggenomen. Als de temperatuur niet
gemeten kan worden (valt buiten meetbereik), wordt in plaats daarvan -L- getoond voor een kortgesloten
voeler en -H- voor een onderbroken voeler.
* Maximum begrenzing.
De basis regeling kan wordt begrensd (overruled) door de maximum begrenzing, indien ingesteld met
parameters P70..P75.
Met parameters is in te stellen op welke temperatuur (P70), in welke mode (P71), met welke differentie
(P73) en tijdsvertraging (P74) de maximum begrenzing in werking moet treden. De gewenste begrenzing
actie kan worden ingesteld (P75).
Als de maximum begrenzing actief is wordt dat aangegeven met de LED
* PI verwarmen.
Op de analoge uitgang kan met parameter P45 een PI Verwarmen regelfunctie worden ingesteld (P45=10).
Deze functie werkt met dezelfde mode, regel temperatuur en regel setpoint als de basis regeling. De
instellingen daarvoor (Proportionele band, Offset proportionele band en Integratie tijd) zijn afzonderlijk per
mode (P100..P107) in te stellen, zie ook de functie verloop figuur (PI heating). Het spanningsbereik kan
worden ingesteld met parameter P46. Voor verschillende situaties kan een maximum PI percentage
worden ingesteld, zie parameter P110..P114.
Door de PRG en SENS. toetsen tegelijk in te drukken wordt het actuele PI percentage getoond in het
bovenste display. Het onderste display toont Ph (PI heating) ter indicatie dat het PI percentage verwarmen
wordt getoond.
* Regelvertraging na spanningsonderbreking.
De regelaar ondersteunt een regelvertraging na een spanningsonderbreking (power failure). Indien
ingesteld (P08) zal nadat de regelaar (opnieuw) van voedingsspanning is voorzien gedurende de
regelvertraging geen regelfunctie worden uitgevoerd.
De voeler waarden, setpoints en parameters kunnen wel worden bekeken en aangepast. Gedurende de
regelvertraging wordt de nog resterende tijd knipperend in het onderste display getoond.
De regelvertraging is indien nodig af te breken door de regelaar met de ON/OFF toets uit en daarna weer
aan te schakelen.
(Max. Limit).

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

903.000777903.000776