4
Til de blauwe hendel omhoog en trek de beeldverwerkingseenheid
uit de printer.
1
5
Leg de beeldverwerkingseenheid opzij op een vlakke, gladde
ondergrond.
Let op—Kans op beschadiging: De beeldverwerkingseenheid
mag niet langer dan tien minuten worden blootgesteld aan licht.
Langdurige blootstelling aan licht kan tot problemen met de
afdrukkwaliteit leiden.
Let op—Kans op beschadiging: Raak de trommel van de
fotoconductor niet aan. Dit kan de afdrukkwaliteit van
toekomstige afdruktaken verminderen.
6
Trek het vastgelopen papier voorzichtig naar rechts en verwijder
het vervolgens uit de printer.
Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
2
Let op—Kans op beschadiging: Het vastgelopen papier is
mogelijk bedekt met toner die vlekken op uw kleding en huid
kan maken.
7
Plaats de beeldverwerkingseenheid.
Opmerking: Volg daarbij de pijlen op de zijkant van de printer.
8
Plaats de cartridge in de printer en zet de blauwe hendel terug in
de juiste positie.
1
2
13
Opmerkingen:
•
Zorg ervoor dat de pijlen op de geleiders van de
tonercartridge overeenstemmen met de pijlen in de printer.
•
Zorg ervoor dat de cartridge volledig naar binnen is geduwd.
9
Sluit de klep van de universeellader en de voorklep.
10
Selecteer Volgende >
>Verhelp de storing, druk op OK >
om het bericht te sluiten en door te gaan met afdrukken.
[x] pagina's vastgelopen, open bovenste
achterklep [202]
LET OP—HEET OPPERVLAK: De binnenkant van de printer kan
heet zijn. Om letsel te voorkomen, moet u een heet oppervlak
eerst laten afkoelen voordat u het aanraakt.
2
1