28
Instellingen
Instellingen
Profielen
De telefoon heeft verschillende
instellingsgroepen die ook wel profielen
worden genoemd. U kunt in deze
profielen de ringtones voor verschillende
gebeurtenissen en omgevingen
aanpassen.
Selecteer
Menu
>
Profielen, het gewenste profiel, en maak
een keuze uit de volgende opties:
Activeer — om het geselecteerde profiel
te activeren
Aanpassen — om de profielinstellingen
te wijzigen
Tijdelijk — om in te stellen dat een profiel
gedurende een bepaalde tijd wordt
geactiveerd. Wanneer de ingestelde tijd
voor het profiel verstrijkt, wordt het
vorige profiel (waarvoor geen tijd was
ingesteld) geactiveerd.
Thema's
Een thema bevat elementen voor het
aanpassen van de telefoon.
Selecteer
Menu
>
Thema's
en maak een keuze uit de
volgende opties:
Thema selecteren — Open de map
Thema's
en selecteer een thema.
Themadownloads — Open een lijst met
koppelingen om meer thema's te
downloaden.
Tonen
U kunt de tooninstellingen van het
geselecteerde profiel wijzigen.
Selecteer
Menu
>
Tonen. U vindt dezelfde instellingen ook
in het menu Profielen.
Instellingen
>
Instellingen
>
Instellingen
>
Als u voor de beltoon het hoogste
volumeniveau instelt, wordt dit
beltoonvolume na een paar seconden
bereikt.
Lichten
Als u lichteffecten wilt activeren en
deactiveren die zijn gekoppeld aan
verschillende telefoonfuncties, selecteert
u
Menu
Instellingen
>
Weergave
Selecteer
Menu
>
Weergave
en maak een keuze uit de
volgende opties:
Achtergrond — om een
achtergrondafbeelding voor het
startscherm toe te voegen.
Startscherm — om de
startschermmodus te activeren, te
organiseren en aan te passen.
Letterkl. startscherm — om de
letterkleur voor de startschermmodus te
selecteren.
Nav.toetspictogr. — om de symbolen
van de navigatietoetsen op het
startscherm te tonen
Meldingsdetails — details weergeven
van meldingen over gemiste oproepen en
berichten
Screensaver — om een screensaver te
maken en in te stellen.
Lettergrootte — om de lettergrootte in
te stellen voor het weergeven van
berichten, contacten en webpagina's.
Operatorlogo — om het operatorlogo
weer te geven.
Celinformatie — de identiteit van de cel
weergeven, indien deze beschikbaar is op
het netwerk
> Verlichting.
Instellingen
>