De ClimateControl V2
6.
installeren (optioneel)
Dit hoofdstuk beschrijft het installatieproces voor de optionele ClimateControl V2.
6.1
INSTALLATIEPLAATS VOORBEREIDEN
Kies een locatie waarop je de ClimateControl V2 gaat installeren. Controleer of er
genoeg ruimte is (zie §1.2 van de Installatieschema's).
Controleer of de locatie aan de volgende voorwaarden voldoet:
• De muur heeft een massa van minimaal 200 kg/m².
• De muur is vlak.
• Of gebruik een montageframe (artnr. 15081130)
• Voor de overige voorwaarden, zie §5.2.
Let op!
Plaats de ClimateControl V2 niet tegen een slaapkamermuur. Plaats het
2
apparaat bij voorkeur op de begane grond tegen de buitenmuur of
tegen een goed geïsoleerde scheidingswand.
Tip!
Wij raden aan om de ClimateControl V2 naast de RX50L te installeren.
Als dit niet mogelijk is, kan de module ook op een andere plaats
geïnstalleerd worden.
6.2
DE CLIMATECONTROL V2 PLAATSEN
De ClimateControl V2 wordt aan de muur opgehangen met behulp van de
meegeleverde muurbeugel, schroeven en/of pluggen.
52