4. BEDIENING VAN DE MACHINE
Controle en inspectie vóór gebruik
WAARSCHUWING
• Controleer vóór u de machine gebruikt of
alle bouten en moeren goed zijn vastgezet
en of alle onderdelen op hun plaats zitten.
• Gebruik een stopcontact in het gebouw met
een goede beveiliging voor de stroomvoor-
ziening van deze compressor. Als er geen
goede beveiliging voor de stroomvoor-
ziening wordt voorzien, kan dit leiden tot
een elektrische schok en schade aan de
compressor. Toegestaan bronspannings-
bereik is ±10%.
CE: 230 V AC / 10 A
• De diameter en lengte van een verleng-
snoer of snoerhaspel moet voldoen aan de
volgende specificaties. Let erop dat het
snoer bij gebruik volledig moet zijn uit-
gerold.
CE: diameter min. 2,5 mm
• Let erop dat de machine tijdens gebruik in
de juiste richting is geplaatst.
∗ Houd u bij het gebruik van de machine aan de
instructies in de paragraaf 'VEILIGHEIDSIN-
STRUCTIES' op pagina 6.
∗ De drukwaarden in de beschrijving zijn exclu-
sief de leesfout bij het aflezen van de manom-
eter.
1. Let erop dat de netschakelaar op 'OFF'
staat en steek de stekker van het stroom-
snoer in het stopcontact.
2. Afb. C, D: zet de netschakelaar aan terwijl
de aftapkraan geheel is geopend. Terwijl
u dit doet, klinkt een piepsignaal.
• De piepsignalen worden uitgelegd op
pagina 19.
3. Afb. D: controleer of de motor begint te
draaien en lucht uit de aftapkraan
stroomt zolang deze geopend is.
4. Afb. E: sluit de aftapkraan en controleer
of er nog lucht uit de kraan lekt.
/ lengte max. 20 m
2
5. Draai de instelknoppen (2 plaatsen) van
de drukreduceerventielen rechtsom (met
de klok mee) tot aan de aanslag.
Controleer of hierdoor de wijzer van de
beide manometers uitslaan.
LET OP!
• Omdat de druk in de luchttank wordt
bepaald door de drukkarakteristiek van het
drukreduceerventiel, kan er een verschil
van maximaal 3 bar bestaan tussen de wer-
kelijke druk en de ingestelde toevoerdruk.
Draai de instelknoppen van de drukredu-
ceerventielen één slag linksom (tegen de
klok in) om de druk te verlagen. Verhoog
daarna de druk tot de gewenste waarde
door de instelknoppen rechtsom te draai-
en.
6. De drukopbouw moet automatisch
worden stopgezet na de volgende peri-
oden:
• 1320E ong. 6 minuten
• 1320E+AKTH15 ong. 12 minuten
De benodigde tijd voor drukopbouw is
langer als de stroombesparende modus
'Quiet' is ingeschakeld, de hulptank is
aangesloten of er een spanningsverlies is
opgetreden.
7. Wacht nadat de drukopbouw is gestopt
ongeveer 5 minuten en controleer of er
lucht uit de tank lekt, de compressor
ongewone geluiden maakt en of de ma-
chine ook niet vanzelf aanslaat.
8. Afb. D: draai de aftapkraan open en laat
wat lucht ontsnappen. De compressor
moet door de daling van de druk opnieuw
aanslaan.
9. Afb. E, G: sluit de aftapkraan weer en
schakel de netschakelaar uit terwijl de
compressor bezig is met de drukopbouw.
De machine moet hierdoor afslaan.
10. Afb. H: draai de instelknoppen (2 plaat-
sen) van de drukreduceerventielen links-
om. Controleer of de wijzers van de beide
manometers een lagere druk gaan aanwi-
jzen. U hoort waarschijnlijk dat er lucht
ontsnapt, maar dat betekent niet dat de
compressor defect is.
16