Montage van het apparaat
Consoles
Consoles voor de wand- en plafondmontage (2 stuks
per apparaat) worden in de uitsparingen aan de achter-
kant van het apparaat gestoken en bevestigd met de
meegeleverde schroeven.
Directe aanbouwdelen zoals mengluchtkast of filterkast
zijn uitgerust met een consoleadapter.
Bij gebruik van plaatselijke consoleconstructies moet de
minimumafstand maat "e" worden aangehouden!
Console KO
voor de wand- en plafondmontage
e
KO
Maat
a
PWW
6030-3 / 4
562
6050-3 / 4
642
6080-3 / 4
802
6100-3 / 4
882
De consoles moeten spanningsvrij met het appa-
raat en de wand resp. het plafond vastgeschroefd
zijn.
Warmtewisselaar Cu / Al
De warmtewisselaars bestaan uit koperbuizen met opge-
perste aluminiumlamellen. Het lamellenpakket wordt
omlijst door een galvanisch verzinkt stalen frame.
De verzamelaar en de verdeler zijn vervaardigd uit staal.
Neem de volgende informatie over de warmtewisse-
laars in acht:
◊
De verwarmingsmiddelaansluiting gebeurt via een
schroefdraadmof.
◊
De maximale bedrijfstemperatuur bedraagt 130 °C.
◊
De maximale bedrijfsdruk bedraagt 16 bar.
◊
De warmtewisselaars zijn niet geschikt voor het be-
drijf met stoom of thermo-olie.
c
12,5
d
Ø
d
a
b
c
d
432
512
155
507
592
192
622
752
250
732
832
305
Aansluiting aan de verwarmingsinstallatie
◊
De aansluiting van de REMKO PWW moet op de
plaats van installatie worden uitgevoerd via afsluit-
schuiven, automatische ontluchters en schroefver-
bindingen in de toevoer en de terugloop.
Eventueel compensators inzetten.
◊
De aansluitkant is naar believen.
Rechts of links.
◊
De apparaten werken in het tegenstroomprincipe.
◊
De waterinlaat (toevoer) moet in het algemeen
„onder" worden uitgevoerd. De wateruitlaat (terugloop)
moet in het algemeen „boven" worden uitgevoerd.
luchtuitlaat
◊
De warmtewisselaar moet na geschiede montage
zorgvuldig ontlucht worden.
b
Luchtkussens in het register leiden tot een vermin-
dering van de capaciteit van het apparaat.
◊
De schroefdraadgroottes van het verwarmingsregis-
ter kunt u afleiden uit de technische gegevens.
Bij stilstand van de ventilator moet altijd tegelijker-
tijd de verwarmingsmiddeltoevoer worden onder-
broken.
e
Leegmaken bij kans op vorst
270
Een volledige statische lediging van de warmtewisse-
270
laar is niet mogelijk. De volledige lediging van de warm-
tewisselaar is alleen mogelijk met behulp van perslucht.
270
ontluchting
340
lediging
Belangrijke informatie over de vorstbescherming!
Om vorstschade te vermijden moet bij temperaturen on-
der 0 °C een vorstbeschermingsinrichting worden aan-
gebracht.
Bij installaties die buiten bedrijf worden gesteld in ruim-
tes waar kans op vorst bestaat, mag er zich in geen ge-
val water in de warmtewisselaar bevinden. Het restwa-
ter moet met perslucht uitgeblazen worden.
Als dit niet mogelijk is, dan moet aan het verwarmings-
medium (water) een geschikt antivriesmiddel worden
toegevoegd.
Voor vorstschade aan de warmtewisselaar bestaat
geen recht op garantie!
luchtinlaat
wateruitlaat
waterinlaat
vorstbeschermingsthermostaat
schroefverbindingen
5