Ventilatielamellen openen
1. Open de ventilatielamellen bij de luchtuitlaat voor het
inschakelen van het apparaat.
Condensreservoir plaatsen
• Zorg dat de vlotter correct is geplaatst in het
condensreservoir.
• Controleer of het condensreservoir leeg is en correct is
geplaatst.
Netsnoer aansluiten
• Steek de netstekker in een volgens de voorschriften
afgezekerd stopcontact.
8
Bediening
Opmerkingen:
• Vermijd open deuren en ramen.
• Het apparaat werkt na het inschakelen volautomatisch.
• De ventilator draait in ontvochtigingsbedrijf na het bereiken
van de gewenste instelwaarde nog 3 minuten door.
Bedieningselementen
22
21
20
19
Nr. Aanduiding
9
Pijltoets
Waarde verlagen
10 Segmentweergave
11 Pijltoets
Waarde verhogen
12 Toets STAND-BY
13 Indicatie OPERATION
14 Indicatie TANK FULL
15 Indicatie DEFROST
16 Indicatie TIMER
17 Toets TIMER
18 Toets MODE
luchtontvochtiger TTK 71 E
9
10
11
12
18
17
16
15
Betekenis
Gewenste relatieve
ruimteluchtvochtigheid instellen
Aantal uren voor de timer-functie
instellen
Toont de gewenste relatieve
ruimteluchtvochtigheid
Toont het aantal gewenste uren
bij het instellen van de timer
Gewenste relatieve
ruimteluchtvochtigheid instellen
Aantal uren voor de timer-functie
instellen
Aan-/uit-toets:
Apparaat in- of uitschakelen
Wordt weergegeven nadat het
apparaat is ingeschakeld
Wordt bij vol of niet correct
geplaatst condensreservoir
weergegeven
Wordt weergegeven tijdens
automatisch ontdooien
Wordt weergegeven bij
geactiveerde timer
Toont het ingestelde aantal uren
Wordt weergegeven =
automatisch uitschakelen actief
Start het programmeren van de
timer-functie
Kiezen van de bedrijfsmodus
"FAN", "LOW", "HIGH", "AUTO"
13
14
NL