Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Trotec TTK 71 E Instructies pagina 10

Verberg thumbnails Zie ook voor TTK 71 E:
Inhoudsopgave

Advertenties

Automatisch uitschakelen
ü Het apparaat is ingeschakeld.
1. Druk op de toets TIMER (17).
ð De indicatie TIMER (16) is geactiveerd.
2. Druk op de pijltoetsen Waarde verhogen (11) of Waarde
verlagen (9), voor het instellen van het gewenste aantal
uren.
3. Wacht ca. 5 seconden, zodat de instelling wordt
opgeslagen.
ð Op de segmentweergave (10) verschijnt het aantal uren tot
het uitschakelen.
ð De timer is ingesteld op het gewenste aantal uren.
ð Het apparaat wordt na de ingestelde tijd uitgeschakeld.
Auto-stop-functie
Is het waterreservoir vol, niet goed geplaatst of is de ingestelde
ruimteluchtvochtigheid bereikt, stopt het apparaat automatisch.
Gebruik met slang aan de condensaansluiting
Voor langdurig continubedrijf of onbewaakte ontvochtiging,
moet een geschikte condensafvoerslang worden aangesloten op
het apparaat.
ü Een geschikte slang (diameter: 12 mm) ligt klaar.
ü Het apparaat is uitgeschakeld.
1. Schuif het ene uiteinde van de slang op de
slangaansluiting.
2. Het andere uiteinde van de slang naar een geschikte
afvoer (bijv. afvoerputje of een voldoende groot
opvangreservoir) leiden. Zorg dat de slang niet wordt
geknikt.
Verwijder de slang als het condens weer moet worden
opgevangen via het condensreservoir. Laat de slang voor het
opslaan drogen. De slang kan in elke willekeurige
bedrijfsmodus worden aangesloten voor permanent gebruik.
10
Automatisch ontdooien
Bij lage omgevingstemperaturen kan de verdamper tijdens het
ontvochtigen bevriezen. Het apparaat zal dan een automatische
ontdooiing uitvoeren. Tijdens de ontdooifase wordt de
ontvochtiging kort onderbroken. De ventilator blijft draaien.
De duur van het ontdooien kan variëren. Het apparaat tijdens
het automatisch ontdooien niet uitschakelen. De netstekker niet
uit het stopcontact trekken.
De indicatie DEFROST (15) brandt tijdens de automatische
ontdooiing.
Wasdroging
Het apparaat kan daarnaast ook als ruimtelucht-wasdroger voor
ondersteuning van de droging van nat wasgoed in woon- of
werkruimten worden gebruikt.
Bij de positionering van het apparaat of een wasrek rekening
houden met de minimale afstanden volgens de technische
gegevens.
Voor wasdroging worden de volgende luchtvochtigheidswaarden
aanbevolen:
• Kastdroog = 46 % relatieve luchtvochtigheid
• Strijkdroog = 58 % relatieve luchtvochtigheid
• Voorgedroogd = 65 % relatieve luchtvochtigheid
De instellingen van de relatieve luchtvochtigheid op het
apparaat aanpassen (bijv. 60 % relatieve luchtvochtigheid voor
strijkdroog wasgoed). Gebruik indien nodig een meetapparaat
voor het meten van de luchtvochtigheid.
1. Kies met toets MODE (18) de hoogste ventilatorsnelheid.
ð De wasdroogfunctie is ingesteld.
Buiten gebruik stellen
Waarschuwing voor elektrische spanning
Raak de netstekker niet aan met vochtige of natte
handen.
• Schakel het apparaat uit.
• De netstekker van het netsnoer uit het stopcontact trekken
door de stekker vast te pakken.
• Verwijder indien nodig de condensafvoerslang en de hierin
aanwezige restvloeistof.
• Indien nodig het condensreservoir legen.
• Reinig het apparaat volgens het hoofdstuk onderhoud.
• Het apparaat opslaan volgens het hoofdstuk transport en
opslag.
luchtontvochtiger TTK 71 E
NL

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave