Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Scenes Afspelen; Muziekmodus Of Automatische Modus; Black-Out-Scene Programmeren; Chases - SHOWTEC LED Foot 4 V3 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

1.4

Scenes afspelen

1. Om de SCENE-modus te selecteren, druk op het moduspedaal (10) om de SCENE-modus te
selecteren. Het LED-display boven het patchpedaal modus/kanaal (10) zal "SCENE" tonen.
2. Druk het FUNCTIE-pedaal (13) in om de modus tijdinstelling snelheid te selecteren. De LED-display
boven de pedalen OMHOOG en OMLAAG (11+12) zal "SPEED 01" tonen.
U kunt tussen SPEED 00 (traag) t/m SPEED 16 (snel) kiezen. Speed 0 = behoud scene
3. Druk op de pedalen OMHOOG en OMLAAG (11+12) om de gewenste snelheidstijd te kiezen.
4. Druk op het FUNCTIE-pedaal (13) om de modus tijdinstelling fade te selecteren. De LED-display boven
de pedalen OMHOOG en OMLAAG (11+12) zal "FADE 01" tonen.
U kunt FADE 01 t/m FADE 16 kiezen. FADE 01 = GEEN FADE
5. Druk op de pedalen OMHOOG en OMLAAG (11+12) om de fadetijd in te stellen.
1.5

Muziekmodus of automatische modus

1. Druk op het pedaal MUZIEK/AUTO/BLACK-OUT (14) om de LED Foot-4 op de muziekmodus
of automatische modus in te schakelen.
2. U kunt de geluidsgevoeligheid afstellen met de draaiknop (9
3. Om de AUTO-modus te selecteren, druk opnieuw op het pedaal MUZIEK/AUTO/BLACK-OUT (14). U
bevindt zich nu in de AUTOMATISCHE modus.
4. U kunt de SNELHEID en FADE handmatig instellen/afstellen. Zie 1.4 voor meer informatie.

1.6 Black-out-scene programmeren

1. Om de programmeermodus te betreden, moet u de opnameknop (2) voor 3 seconden ingedrukt
houden, de opname-LED zal rood licht geven.
2. Om de SCENE-modus te selecteren, druk op het patchpedaal modus/kanaal (10). Het LED-display
boven het patchpedaal modus/kanaal (10) zal "SCENE" tonen.
3. Druk op de pedalen OMHOOG en OMLAAG (11+12) om de black-out-scene in te stellen.
4. Selecteer een toestel.
Druk op een toestelknop (1) om het toestel te selecteren waarvoor u de DMX-waarde wilt instellen.
Wanneer de toestel-LED op AAN staat, kunnen de DMX-waarden veranderd worden.
5. Indien u de DMX-waarden wilt veranderen, gebruik de draaiknoppen ROOD, GROEN, BLAUW
en MASTER.
6. Herhaal stap 5 om de DMX-waarden van de andere toestellen in te stellen.
7. Om de black-out-scene te bewaren, druk het Enter-pedaal (13) in. Alle LED's zullen 3 keer knipperen
8. Om andere toestellen te programmeren, herhaalt u stap 4 en 5, totdat u uw gewenste instellingen
hebt voltooid.
9. Indien u de programmeermodus wilt verlaten, houd de opnameknop (2) voor 3 seconden ingedrukt,
de opname-LED zal dimmen.

2. Chases

2.1 Chases programmeren

1. Om de programmeermodus te betreden, moet u de opnameknop (2) voor 3 seconden ingedrukt
houden, de opname-LED zal rood licht geven.
2. Om de CHASE-modus te selecteren, druk op het patchpedaal modus/kanaal (10) om de CHASE-
modus te selecteren. Het LED-display boven het patchpedaal modus/kanaal (10) zal "CHASE" tonen.
3. Druk het pedaal MUZIEK/AUTO/BLACK-OUT (14) in om de chase te selecteren die u wilt
programmeren.
4. Het display toont 01 01/00, dit betekent chase 1 stap 01 uit 00 (in dit voorbeeld zijn er nog geen
stappen geprogrammeerd).
5. Druk de record-knop opnieuw in, LED zal opnieuw knipperen, dit toont u dat u zich in de "insert"-
modus bevindt.
6. Druk op een toestelknop (1) om het toestel te selecteren waarvoor u de DMX-waarde wilt instellen.
Wanneer de blauwe toestel-LED op AAN staat, kan het toestel ingesteld worden.
7. Indien u de DMX-waarden wilt veranderen, gebruik de draaiknoppen ROOD, GROEN, BLAUW
en MASTER.
8. Druk het enter-pedaal (13) in om de chase-stap te bewaren. De LED zal 3 keer knipperen
9. Indien u andere chases wilt programmeren, herhaal stap 6 t/m stap 8.
10. Druk de record-knop in om de "insert"-modus te verlaten. De opname-LED staat AAN.
11. Indien u klaar bent met het programmeren van uw chases en u de programmeermodus wilt verlaten,
houd de opnameknop (2) voor 3 seconden ingedrukt, de opname-LED zal dimmen.
).
10

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

50719

Inhoudsopgave