In het rechter oordopje hoort u
„Pairing." De LED knippert wit en
blauw.
De koptelefoon staat nu in de
koppelingsmodus en is klaar om te
koppelen met een Bluetooth-
apparaat (bijvoorbeeld een mobiele
telefoon).
Schakel de Bluetooth-functie van uw
Bluetooth-apparaat in.
De koptelefoon met uw
Bluetooth-apparaat koppelen. Raadpleeg
de gebruikershandleiding van uw
Bluetooth-apparaat.
In het rechter oordopje hoort u
„Connected." De LED blijft 5 seconden
branden op beide oordopjes. U kunt
uw apparaat gebruiken om muziek af
te spelen of te bellen.
Opmerking
Als de koptelefoon geen Bluetooth-apparaat
kan vinden waar het eerder mee verbonden was,
schakelt het apparaat automatisch over naar de
koppelingsmodus.
In het volgende voorbeeld ziet u hoe u
de koptelefoon kunt koppelen met uw
Bluetooth-apparaat.
Schakel de Bluetooth-functie
van uw Bluetooth-apparaat in
en selecteer „Philips SHB2515".
Voer het wachtwoord voor de
koptelefoon in: „0000" (4 nullen)
als daarom wordt gevraagd. Voor
Bluetooth-apparaten met
Bluetooth 3.0 of hoger, hoeft u
geen wachtwoord in te voeren.
NL
Koppelen met één
oordopje (monomodus)
Koptelefoon koppelen met
een ander
Bluetooth-apparaat
Als u een ander Bluetooth-apparaat hebt en
deze met de koptelefoon wilt koppelen,
moet de Bluetooth-functie in het andere
apparaat worden uitgeschakeld als het
eerder was gekoppeld met Bluetooth. Volg
daarna de stappen in 'Koptelefoon de eerste
keer aan uw Bluetooth-apparaat koppelen'.
SHB2515
Neem het rechter oordopje ("Master")
uit de oplader. Het oordopje wordt
automatisch ingeschakeld. U hoort de
woorden "Power on" van de rechter
oordopje.
Schakel de Bluetooth-functie op
uw apparaat in en zoek naar
„Philips SHB2515". Tik om te koppelen.
(Zie pagina 6)
SHB2515
Als het koppelen is gelukt, hoort u de
woorden „Connected." Het indicatielampje
gaat uit.
Opmerking
Als u alleen het linker oordopje inschakelt, kan geen
verbinding worden gemaakt met een
Bluetooth-apparaat. Het rechter oordopje is nodig
om de verbinding te maken.
Opmerking
De koptelefoon slaat 1 apparaat in het geheugen op.
Als u meer dan 2 apparaten probeert te koppelen,
wordt het eerder gekoppelde apparaat vervangen
door het nieuwe apparaat.