Het vermogen van de houtkachel wordt bij de keuring getest en aangegeven op het typeplaatje van
de houtkachel. Afhankelijk van het vermogen kunt u meer of minder verwarmen. De ruimte die u
daadwerkelijk kunt verwarmen is afhankelijk van de hoeveelheid brandstof, de schoorsteentrek en
de isolatiegraad van uw woning. Waardes die daarom worden afgegeven zijn in elk geval anders
omdat niet alle overige omstandigheden gelijk zijn.
JUISTE BEDIENING
Kachels zijn zo ontworpen, dat ze maximaal rendement leveren. Een goed gestookte houtkachel
kan een rendement halen van ongeveer 85%. Hierdoor heeft u minder hout nodig voor evenveel
warmte. Bovendien geeft een goed gestookte kachel minder rookvervuiling.
Een aantal tips voor optimaal stookplezier:
o
Stook uw kachel altijd met gesloten deur.
o
Leg niet meer dan 3 houtblokken ineens op het vuur. Veel brandstof ineens werkt efficiënte
verbranding tegen en belast het milieu.
o
Ventileer de ruimte goed als uw haard brandt.
Zet nooit uw afzuigkap aan als uw kachel in dezelfde ruimte brandt.
o
o
Voer alleen als u begint te stoken extra lucht toe aan uw houtkachel. Indien u constant veel
primaire lucht toevoert is het rendement veel lager.
o
Stook niet bij mist of windstil weer. Bij windstil weer is er nauwelijks trek in de koude schoorsteen.
Omdat rook zwaarder is dan lucht bestaat de kans dat de rook dan de kamer instroomt. Bij mist zal
de rook uit de schoorsteen (buiten) snel afkoelen, omlaag zakken en overlast veroorzaken in uw
omgeving.
Doof het vuur niet plotseling met water maar laat het opbranden. De materialen binnen in de
o
haard kunnen vervormen of scheuren door plotselinge, grote temperatuurverschillen.
Let op: U regelt de warmte afgifte niet door het bedienen van de luchtschuif, maar door de
hoeveelheid hout waarmee u de kachel vult.
OVERLAST EN MILIEU
Houtstoken is een natuurlijk proces waarbij net zoveel CO2 vrijkomt als tijdens verrotting in het bos.
Echter bij een slechte verbranding kunnen schadelijke rookgassen vrijkomen. Vandaar dat het
absoluut noodzakelijk is dat u als gebruiker op juiste wijze stookt om overlast te voorkomen. Zorg
voor droog, schoon hout en stook niet tijdens mistig weer.
Regel de hoeveelheid warmte niet middels de luchtschuiven, maar middels de hoeveelheid hout.
Het volledig knijpen van de luchttoevoer kan een slechtere verbranding met zich meebrengen.
12
HANDLEIDING HOUTKACHEL