5 Elektrische aansluiting
Voorzichtig!
Alle elektrische aansluitingen moeten door een
erkende elektricien worden uitgevoerd.
De elektrische installatie en de bedrading
moeten worden uitgevoerd conform de gelden-
de voorschriften.
De binnenmodule moet spanningsloos zijn als
de PCM S40/S42 wordt geïnstalleerd.
• Om interferentie te voorkomen, mogen sensorkabels
naar externe aansluitingen niet dichtbij elektrische
voedingskabels worden gelegd.
• De minimale doorsnede van de communicatie- en
sensorkabels naar externe aansluitingen dient 0,5 mm²
met een max. 50 m te bedragen, bijvoorbeeld EKKX,
LiYY of gelijkwaardig.
• PCM S40/S42 moet worden geïnstalleerd via een
werkschakelaar. De kabeldikte moet berekend zijn op
de gebruikte zekeringcapaciteit.
• Markeer de relevante elektriciteitskast met een
waarschuwing over externe spanning in die gevallen
waarbij een component in de kast een afzonderlijke
voeding heeft.
• De PCM S40/S42 herstart na een stroomonderbreking.
De elektrische schema's vindt u aan het eind van deze
installateurshandleiding.
12
Hoofdstuk 5 | Elektrische aansluiting
Kabelslot
Gebruik een geschikt gereedschap om de kabels in de
klemmenstroken los te maken/te vergrendelen.
3
3
1
1
1
4
1
2
3
Overzicht
accessoireprint (AA5)
AA5-S2
AA5-X2
24
23
22
21
20
19
18
17
16
15
-X8
-X2
-X4
1
2
3
4
5
6
7
8
AA5-X4
Communicatie
aansluiten
PCM S40/S42 bevat een accessoireprint (AA5) die
rechtstreeks is aangesloten op de PCB van het hoofd-
product (klemmenstrook AA2-X30).
1
2
2
2
2
4
3
AA5-X9
-X9
9
14
13
12
11
10
9
8
7
6
5
4
3
2
1
8
7
6
5
4
3
2
1
-X10
-X1
N
L
PE
PE
PCM S40/S42